Bij de werfbegeleiding in functie van nutsleidingen rondom en ten dele in het Nieuw abtskwartier werden slechts in beperkte mate archeologische resten aangetroffen. Er werden geen stalen genomen wegens een gebrek aan relevante contexten.
In het nieuw abtskwartier werd in een kelderruimte onder de vloer een bakstenen riolering aangetroffen. Deze was deels opengebroken en volgestort met puin en deels intact. In de puinvulling werden voornamelijk flessen uit de nieuwste tijd en metalen voorwerpen gevonden. Nog in het gebouw (te situeren onder het toilet op de gelijkvloers) werd een schacht opgemerkt. Op basis van een voorontwerp van Dewez waarbij melding wordt gemaakt van “piscine” (pissein?) kan worden vermoed dat de schacht bedoeld was als afvoer van de toiletten (stortkoker). Deze schacht sluit wellicht aan op het riool. Beide structuren behoren wellicht tot het originele rioleringsstelsel aangelegd bij de bouw van het nieuw abtskwartier in 1776.
In een sleuf aangelegd parallel met de noordelijke langsgevel van het Nieuw Abtskwartier werd een funderingsmuur aangesneden, mogelijk de fundering voor een voormalige trap die toegang verleende tot de klaslokalen. Ter hoogte van de huidige toegangstrap werd nog een gemetste waterkelder met kruisgewelf blootgelegd. Het meest opmerkelijk was het aantreffen van menselijk botmateriaal, in situ en als verschept materiaal. De Abdij van Vlierbeek heeft tijdens de Napoleontische tijd tweemaal als militair hospitaal gediend. De vele overlijdens noopten allicht tot geïmproviseerde begraafplaatsen, waarbij wellicht ook de tuinen van de abdij voor hebben gediend. Ook tijdens WO1 werden naar verluidt gesneuvelden begraven binnen het abdijdomein. Het Engelse hof lijkt, met uitzondering van het sleufje net naast de gevel, grotendeels verstoord door graafwerkzaamheden in het verleden. Er werden in de aangetroffen ophogingspakketten geen menselijke resten aangetroffen wat er op kan wijzen dat deze zone in het verleden (deels) werd ontruimd.
Auteurs: Lommelen, Lies
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)