Tijdens een archeologische werfbegeleiding van werken rond de Sint-Michielskerk werden archeologische sporen aangetroffen.
Er werden sporen van begraving, van de voormalige romaanse kerk en sporen van de afbakening van het voormalige kerkhof vastgesteld. De voornaamste waarneming is de opgraving van de westelijke muur van het schip van de voormalige romaanse kerk, opgebouwd in natuursteen. De muur van het romaanse schip is onderbroken ter hoogte van de huidige ingang van de kerk. Dit toont aan dat de huidige ingang van de kerk teruggaat op de voormalige ingang van de kerk. Aan de binnenzijde van westelijke muur van het romaanse schip zijn, ter hoogte van de ingang, twee steunberen uitgewerkt in de muur. In een latere fase zijn ook aan de buitenzijde van de westelijke muur twee steunberen in natuursteen toegevoegd. Tenslotte zijn, aan de buitenzijde van en dwars op de westelijke muur, twee bakstenen muren toegevoegd (met natuurstenen parement). Zij zijn het restant van een voormalig portaal. Radiokoolstofdateringen lieten toe de oprichting van de romaanse kerk te dateren in de 11de of eerste helft van de 12de eeuw.
Er werden ook sporen aangetroffen van de oorspronkelijke vloer in Doornikse kalksteen. Meerdere sporen verwijzen naar een brandfase/vernielingsfase.
Ook enkele postmiddeleeuwse en twee subrecente grafkuilen werden opgetekend.
Auteurs: Clement, Cateline; Van den Hove, Peter
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)