is deel van de aanduiding als gebied geen archeologie, gewestelijk Gebied 8112
Deze aanduiding is geldig sinds
Tijdens het vlakdekkend onderzoek werden 50 sporen geregistreerd uit verschillende perioden. Het overgrote deel dateert in de volle middeleeuwen. Uit de nieuwste tijd dateren twee bomkraters en een kuil. Enkele sporen konden niet worden gedateerd.
Restanten van een lokaal vol middeleeuws boerenerf gereconstrueerd op basis van verschillende kuilen en paalsporen:
Centraal zijn enkele paalsporen gelinkt aan een driebeukige vol middeleeuwse gebouwplattegrond met 4 traveeën. Het gebouw van 17,10 x 10 m is licht bootvormig, oost- west georiënteerd (ca. 164 m2). Centraal is een ruime middenbeuk met zwaardere nokdragers; langs de twee lange zijden is een rij lichter gefundeerde palen; en aan de noordoostelijke kant waren twee sluitpalen (waarvan één bij vooronderzoek was gecoupeerd).
Op houtskool uit 2 paalkuilen is 14C datering uitgevoerd. Het houtskool uit één paalkuil dateert tussen 886 en 995. De houtskool uit een tweede paalkuil geeft een oudere datering (tussen 661 en 818) mogelijk echter gelinkt aan het oud-houteffect.
Twee rechthoekige artisanale kuilen bij de gebouwplattegrond: Eén ervan dateert uit dezelfde periode van het gebouw. De kuil bevatte fragmenten van een maalsteen en bestond uit verschillende lagen verbrand materiaal uit minstens twee verbrandingsfases (beiden gedateerd met 14C tussen 884 en 995). Op de onderste houtskoolrijke laag van de kuil is anthracologisch onderzoek uitgevoerd. De houtskoolfragmenten bestaan voornamelijk uit eik en enkele fragmenten beuk.
Een tweede kuil langs de noordzijde van het gebouw is ouder want deels oversneden door een paalkuil. Het gaat mogelijk om een extractiekuil gebruikt bij de aanleg van het gebouw en later gerecupereerd is als afvalkuil van de nederzetting. Deze kuil bevat de meerderheid van het aardewerk aangetroffen op de site.
Aan de zuidwestelijke zijde van het gebouw is een mogelijke stormgreppel aangetroffen vergelijkbaar met Lichtervelde Leysafortstraat (https://id.erfgoed.net/waarnemingen/983376)
Andere randstructuren ontbreken. Bij voorgaand proefsleuvenonderzoek ten noorden en zuidwesten zijn wel greppels, een poel en een bijgebouw aangetroffen.
De materiële resten zijn vrij beperkt en bestaan uit natuursteen (fragmenten van een maalsteen uit het Eifelgebied en enkele fragmenten zandsteen), 1 fragment bouwkeramiek (tegelfragment) en 72 scherven uit 7 contexten verspreid over de site uit de 11 tot 13de eeuw: vooral Grijze wandscherven en enkele randscherven, 2 oxiderende wandscherven en 3 reducerende scherven.
Twee bomkraters in het zuiden van de site.
Scherp afgelijnde centrale kuil gevuld met dierlijk bot van een hondachtige.
5 kuilen, 2 greppels en 6 paalsporen zijn niet gedateerd door gebrek aan vondstmateriaal. Ook de vorm van het spoor en vulling gaven geen indicaties.
Auteurs: Verhaevert, Kylian; Demerre, Ine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)