Algemeen

Bij proefsleuvenonderzoek werden vijf sporen waargenomen. Eén van de sporen betreft een recent paalspoor. Daarnaast zijn er twee ongedateerde kuilen en een ongedateerde greppel aangetroffen. Er werden geen vondsten teruggevonden. Wel werd tijdens het archeologische vooronderzoek een relevente context aangetroffen, meer bepaald een houtskoolmeiler (S1). Het spoor bevindt zich in een zone waarin al veel houtskoolmeilers werden aangetroffen. Op dit spoor werd bijkomend natuurwetenschappelijk onderzoek geadviseerd.

Romeinse periode

Uit het anthracologisch onderzoek blijkt dat deze context enkel houtskool van eik (Quercus sp.) bevat. Om een oud-hout effect zoveel mogelijk uit te sluiten werd een houtskoolfragment van een tak geselecteerd voor een radiokoolstofdatering (14C). De 14C-datering situeert deze meiler in de 1ste of 2de eeuw AD.

De resultaten van de 14C-datering en antracologisch onderzoek bevestigen een datering in de Romeinse periode en de interpretatie van een houtskoolmeiler. De vondst en analyses van de houtskoolmeiler liggen binnen de verwachtingen voor dit gebied. In de ruime omgeving van de mandelvallei zijn intussen ca. 200 houtskoolmeilers aangetroffen. Deze zijn allen te dateren in de Romeinse periode. Waar antracologisch onderzoek werd uitgevoerd, blijkt eik (Quercus sp.) een sterk vertegenwoordigde houtsoort. Hieruit kan afgeleid worden dat de Mandelvallei een sterk bosrijk gebied was waarin op grote schaal houtskool geproduceerd werd.