Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn 37 archeologisch relevante sporen herkend. Het gaat om één postmiddeleeuwse greppel en 36 bomkraters/granaattrechters uit WO I. Eén van de bomkraters is secundair hergebruikt als tijdelijke schuttersput, met deels houten versteviging. Mogelijk heeft één granaattrechter een ouder spoor (kolenbranderskuil, crematiegraf of ander houtskoolrijk spoor) verstoord. De vermenging met schrapnel fragmenten laat niet toe het spoor verder te gaan onderzoeken door middel van bemonstering.
Auteurs: Depaepe, Ine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Beschrijving:
In de meest zuidelijke sleuf is in een 4 m grote bomkrater aan de westelijke zijde een houten versteviging aangetroffen. Het lijkt erop dat het hout (9 stuks met een lengte van 65 cm), dat niet genageld was of met touw of andere zaken aan elkaar was bevestigd, intentioneel zo is neergelegd. Het gaat hier mogelijk om een granaattrechter die secundair is herbruikt als tijdelijke schuttersput.