Naar aanleiding van instandhoudingswerken vond een archeologische begeleiding plaats. De wetenschappelijke vraagstelling van het onderzoek is vooral gericht op de bouwgeschiedenis van het Prinsenkasteel. Historisch onderzoek heeft aangetoond dat de eerste vermelding van het kasteel dateert uit de 15de eeuw, maar dat op deze locatie oorspronkelijk mogelijk een 13de-14de-eeuwse burcht heeft gestaan.
In februari 2025 werd het puin binnen in de ronde hoektoren in het noordwesten weg geschept. Hiermee kwam de originele (kelder)vloer vrij te liggen. Deze werd opgeschoond en geregistreerd. Naderhand werd de omtrek van deze toren ook deels vrij gegraven van het aanwezige puin. Het puin werd echter niet volledig weggehaald. Rond de toren op de gelijkvloerse verdieping werden eveneens bewaarde fragmenten van de originele vloer opgemerkt en geregistreerd.
Het bouwpuin dat zich in de loop der jaren op de originele vloeren accumuleerde, bevatte ook een heel aantal (vrij recente) vondsten. Een selectie ervan werd meegenomen, gewassen en geïnventariseerd. Andere vondsten, voornamelijk metaal en hout, werden ter plaatste gefotografeerd maar op het terrein gelaten.
Na het droogleggen van de gracht rond het kasteel werd vastgesteld dat de werken geen archeologisch relevant niveau hebben aangesneden. Er werden geen archeologisch relevante vondsten aangetroffen. Ook werden geen aanwijzingen voor oudere beschoeiingen opgemerkt.
Auteurs: Vander Ginst, Vanessa
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Studiebureau Archeologie