Tijdens het proefsleuvenonderzoek werd een bijzondere kuil aangetroffen, mogelijk daterend uit de ijzertijd. In de nabije omgeving van het spoor werden geen andere relevante sporen aangetroffen, waarbij het dus om een bijzondere geïsoleerde context gaat.
Het spoor is ovaalvormig en heeft afmetingen van 4,3 m op 1,9 m. De vulling bestaat uit licht- tot donkerbruin lemig zand met onderaan een houtskoolrijke band van ca. 10 cm dikte. De maximale diepte van de kuil bedraagt ca. 34 cm. De houtskoolrijke laag leek zich voornamelijk in het oostelijke deel van de kuil te situeren en werd integraal bemonsterd. In de kuil werden heel wat vondsten aangetroffen. Het gaat daarbij in hoofdzaak om handgevormd aardewerk en twee vuurstenen elementen. Uit de kuil werden stalen verzameld voor natuurwetenschappelijk onderzoek, met name voor een radiokoolstofdatering en analyses van botanische macroresten, om zo bij te dragen aan de datering en functie van deze structuur.
De genomen monsters bevatten helaas geen macroresten. De houtskool was matig tot slecht bewaard. Er werden twee fragmenten aangetroffen die groot genoeg waren voor een C14-datering. Beide waren echter afkomstig van eikenhout (een langlevende boomsoort). Dit introduceert mogelijk een oud-hout effect op de datering. Deze stukken houtskool werden daardoor als niet geschikt bevonden voor een 14C-datering.
Auteurs: Schynkel, Evelyn; Dyselinck, Tina
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)