Inventaris

Oude Veldstraat 7 (Ruiselede)
Hoeve met losse bestanddelen gelegen rond een begraasd erf. Voor het eerst afgebeeld in het renteboek van de heerlijkheid Sint-Pieters-Schalklede (1686) en beschreven als hofstede van de erfgenamen van Paeschier Cossel.

Oudleikestraat (Ruiselede)
Hoeve met losse bestanddelen rond een begraasd erf. Enkel het oude woonhuis staat op het primitief kadasterplan (circa 1830) getekend. Toevoegen in de loop van de 19de of begin van de 20ste eeuw van de zomerkeuken, ten zuiden van het woonhuis en tijdens het interbellum een klein landgebouwtje. Het kadaster registreert in 1961 een nieuw woonhuis langs de straatkant.

Oudleikestraat 18-20 (Ruiselede)
Opgericht in 1853 op initiatief van pastoor Carolus Doom en volgens de literatuur bekostigd door de familie de Formanoir de la Cazerie. De zusters Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën te Ruiselede nemen de kant- en leerschool over in 1874. Kinderen uit de wijde omgeving (Aalter, Poeke, Lotenhulle) lopen er school. Er is ook een zondagsschool, de school herbergt een kleine bibliotheek en een congregatie van Onze-Lieve-Vrouw. Het kadaster registreert in 1875 een aanzienlijke uitbreiding, dan wordt ook de achtervleugel toegevoegd. Circa 1925 wordt het gebouw verdeeld in school met woning.

Parkstraat 17 (Ruiselede)
Hoeve met losse bestanddelen, de site staat op de Ferrariskaart (1770-1778) en op het primitief kadasterplan (1830), eventueel met 18de-eeuwse kern. Afgebeeld op het primitief kadasterplan als woonhuis (dwars op de straat) met landgebouw (parallel met de straat) en bijhorend bakhuis.

Parochieveldstraat 4 (Ruiselede)
Boerenarbeiderswoning, volgens kadastergegevens opgetrokken circa 1871 en na een brand rond 1876 heropgebouwd. Witbeschilderde baksteenbouw onder zadeldak (eterniet platen). Rechthoekige muuropeningen, beluikte vensters.

Pensionaatstraat 10 (Ruiselede)
Ontstaan als onderdeel van het gebouwencomplex van het klooster van Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën, te samen met het kloostergebouw zelf en het R.V.T. De kloosterorde wordt opgericht in 1688 als "Verghaederinghe van Gheestelycke Dochters".

Pensionaatstraat 8 (Ruiselede)
Behoort tot het gebouwencomplex en het klooster van Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën, tussen Bruggestraat, Pensionaatstraat en aan beide zijden van de Eyerstraat. Omvat de kloostergebouwen, hoofdzakelijk langs de Bruggestraat, rust- en verzorgingstehuis, school en voormalige pensionaatgebouwen langs de Pensionaatstraat

Pietakkerstraat 12 (Ruiselede)
Achterin gelegen, gerenoveerde hoeve toegankelijk via een doodlopend straatje die als landweg door de weilanden verder loopt. Deze landweg maakt deel uit van de voetwegel "Sentier du cabaret de Wolf à Moortelwalle" of "Meulenakker Voetweg" naar de hoeve "Goed ter Moortelwalle" (zie Mortelwalstraat) zoals te zien op de Atlas der Buurtwegen (1842).

Pietakkerstraat 4 (Ruiselede)
Hoeve met losse bestanddelen rond een begraasd erf. Staat aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778) en het primitief kadasterplan (circa 1830), heeft eventueel een oudere kern. Volgens kadastergegevens wordt het woonhuis circa 1875 vergroot en het landgebouw herbouwd. De zomerkeuken dateert van circa 1885. Er volgt nog een uitbreiding van het landgebouw circa 1953 en 1969, dan wordt ook het woonhuis vergroot.

Pietakkerstraat 5 (Ruiselede)
Hoeve met losse bestanddelen rond een begraasd erf. Staat afgebeeld op de "Grenskaart tussen de kasselrijen Kortrijk en de Oudburg" van 1627, geschilderd door landmeter Lodewijk de Bersacques. Staat op de Ferrariskaart (1770-1778). Op het primitief kadasterplan (circa 1830) als tweewoonst aangeduid, wellicht met oudere (18de-eeuwse) kern. De tweewoonst wordt circa 1865 teruggebracht tot één woning.