Inventaris

Hoogstraat 11 (Tielt)
Laatclassicistisch woonwinkelpand opgetrokken volgens kadaster in 1840 op de plaats van een ouder pand opgesplitst in 1836. Bouwheer is Jan Plettinck-Priem, koopman uit Tielt en tevens eigenaar van het naastgelegen pand aan de noordzijde. Dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak. Links, fraaie neoclassicistische geschilderde houten winkelpui voorzien van hoofdgestel op kleine voluutvormige consoles. Deels beglaasde deur met gietijzeren hekjes en rechthoekig bovenlicht. Natuurstenen trede.

Hoogstraat 12 (Tielt)
Laatclassicistisch winkelpand gebouwd volgens kadaster in 1846 voor de Tieltse koopman Franciscus Hillaert op de plaats van een ouder, smal diephuis met klein steegje aan de noordzijde. Vermoedelijk in het eerste kwart van de 20ste eeuw wordt de begane grond verbouwd met een nieuwe neoclassicistische winkelpui en wordt het gevelparement voorzien van geglazuurde betegeling.

Hoogstraat 15-17 (Tielt)
Twee 19de-eeuwse laatclassicistische woonhuizen, nummer 17 reeds weergegeven op het primitief kadasterplan (circa 1830), nummer 15 opgetrokken in 1836 op een onbebouwd perceel in opdracht van Anne De Paepe, ter uitbreiding van haar eigendom aan de noordzijde (nummer 13), die in hetzelfde jaar wordt opgesplitst. Eenvoudige enkelhuizen in spiegelbeeldschema van twee traveeën en twee bouwlagen onder een groot zadeldak.

Hoogstraat 34 (Tielt)
Laatclassicistisch empiregetint herenhuis met ruime achterliggende tuin in landschappelijke stijl met dreefrestant, bomengroepen, gazons en struikenmassieven. In 1808 verrees aan het uiteinde van de tuin de allereerste Tieltse textielfabriek. Voormalige paarden- en koetsenstalling, later omgebouwd tot magazijn en feestzaal, heden kantoor en "Van Zantvoordezaal"Aan noordzijde, verbouwd complex van voormalige woon- of stalvleugel. Achteraan is tegen de tuinmuur een natuurstenen grafsteen geplaatst.

Hoogstraat 42 (Tielt)
Laatclassicistisch woonhuis gebouwd volgens kadaster in 1843.

Ieperstraat 42-48 (Tielt)
Imposant laatclassicistisch herenhuis met empirekenmerken uit 1824 met aanpalend een koetshuis met afzonderlijke poort en een voormalige stalvleugel met washuis. De grote achterliggende lusttuin met vijver en oude hulstmassieven werd in de jaren 1970 opengesteld als stadspark en heringericht in 1999-2000.

Kapelleweg 17 (Tielt)
Gerenoveerde hoeve, bestaande uit losstaande hoevegebouwen. Geschiedenis van de hoeve klimt op tot de tweede helft van de 18de eeuw, op de Ferrariskaart (1770-1778) worden twee parallelle volumes afgebeeld. Verankerde bakstenen hoevegebouwen rondom een erf met weide en boomgaard. Boerenhuis van zes traveeën met twee nieuwe poorttraveeën aan de westzijde, onder zadeldak.

Karel van Manderstraat 54 (Tielt)
Eénlaagswoonhuis volgens kadaster gebouwd in 1842 voor Arnoldus Verhamme uit Koolskamp, die in 1826 op het ruime perceel op de hoek met de Oude Gentstraat een stenen graan- en oliemolen opricht, gekend als "Verhammes molen", "Vanhammes molen" of "Beelkens molen".

Karmstraat (Tielt)
Kapel Onze-Lieve-Vrouw ter Nood, gebouwd in 1933, gelegen op een verhoging ten zuiden van de straat, vergezeld van een voorliggend plantsoentje en een naastgelegen cipres. Veldkapel in geelbruine baksteen onder zadeldak in Vlaamse pannen (nok haaks op straat). Puntgeveltje met natuurstenen schouderstukken en centrale rondboogdeur, waarin houten deels beglaasde vleugeldeur met balustervormige spijlen.

Kasteeldreef 16-18 (Tielt)
Laat-classicistische woonhuizen, in oorsprong in 1837 gebouwd als één woonhuis voor schoenmaker Damien Bonte uit Meulebeke. Nadat de woning van 1869 tot 1898 eigendom van notaris Gustave Bossuyt is, registreert het kadaster een uitbreiding aan de oostzijde door de toenmalige eigenaar en koopman Cyriel Backaert. De woning wordt in 1963 opgesplitst en het achterliggende magazijn wordt diverse malen vernieuwd.