Inventaris

Vliegveldweg 2 (Pittem)
Langs de weg, in de perceelsrand van een uitgebrikt weiland staat een knotwilgenrij. De schietwilgen zijn op regelmatige plantafstanden aangeplant en de bomen zijn op traditionele wijze geknot in functie van brandhoutopbrengst.

Helleketelweg (Poperinge)
Wegkapel beschaduwd door twee linden, ingeplant bij het kruispunt met de verharde wegel naar de Kleine Casseldreef. Mariakapel toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van het Heilig Hart, uit het laatste kwart van de 19de eeuw.

Provenseweg (Poperinge)
Veldkapel 'Onze-Lieve-Heertjesbos' uit de tweede helft van de 18de eeuw. Het gaat om een koortskapelletje, een volkse bedevaartplaats van oude oorsprong voornamelijk bezocht tijdens de Goede Week. De beplante kapelhof bevindt zich op het einde van een voetwegel. Het is één van de weinige sites met fetisjbeplanting in Vlaanderen. De beplanting omhelst opgaande bomen zoals populier, linde en haagbeuk en een meidoornhaag.

Geerestraat 1 (Riemst)
Hoogstamboomgaard met verschillende fruitsoorten achter het Swaenhof. De boomgaard is omgeven door een afsluitingshaag van kornoelje.

Mgr. Kerkhofslaan (Riemst)
De opgaande linde zogenaamd ‘Kwartjesboom’ van Val-Meer (Riemst) is een opgaande winterlinde langs een holle weg ten oosten van Meer. Een gekend toponiem in de onmiddellijke omgeving is ‘Op het Peutje’. De boom met opgespijkerd kruis staat in een weide langs de zuidrand van de weg, bij een kruispunt van veldwegen dat opgeheven werd bij de ruilverkaveling Riemst, afgewerkt in 1965.

Oudeweg 4 (Riemst)
In de tuin bij een woning Oudeweg 4 staat een mooi ontwikkelde okkernoot. In het straatbeeld is hij beeldbepalend.

David Teniersstraat 26 (Ronse)
Langs de David Tenniersstraat, waar vroeger een kapelletje en een windmolen stond, staat een zeer oude beuk. Op oude postkaarten van de inmiddels verdwenen molen is deze beplanting reeds te zien. De Massez-molen was vanaf 1819 voorzien van een speciaal molenrad. Boven op de stenen molenromp werd toen een metalen windroos of –rad gebouwd. Omdat de windvang van deze molen zich hoger bevond dan normaal heeft zich een boom kunnen ontwikkelen dicht bij de romp. Omwille van een optimale windvang werden bomen bij windmolens steeds geweerd. Om de groei in de hoogte te beperken werd de boom geknot op ongeveer 4 meter. Het is echter niet duidelijk of de beuk bij de kapel of op de perceelsrand van het perceel van de molen werd geplant. Op de postkaarten zien we dat er meerdere bomen hebben gestaan, wat doet vermoeden dat het een perceelsrandbeplanting is geweest.

Doorniksesteenweg 15 (Ronse)
19de-eeuws park, aangelegd door de familie Snoeck en na oorlogsschade in het midden van de 20ste eeuw hertekend door landschapsarchitect Jules Buyssens in een vereenvoudigde pittoreske stijl. Park met rondweg, siervijver en waardevol bomenbestand. Bewaard dienstgebouw en artificiële torenruïne als uitzichtpunt over de omgeving met bijhorende groentekelder. Kasteeltje uit de 19de eeuw vervangen door een L-vormige villa in 1952.

Linde, Ninovestraat 235 (Ronse)
Langs de Linde, in de achtertuin van een huis, staat in de bocht van de straat en bij de hoek van een kadastraal perceel een opgaande lindeboom.

Scherpenberg (Ronse)
Tien mammoetbomen als relict uit een laat 19de- tot vroeg 20ste-eeuwse villatuin die werd aangelegd in de rand van het Scherpenbergbos en op de flanken van de Hotondberg. De mammoetbomen staan verspreid over de tuin, ze staan soms solitair, per twee of in grotere groepen bij elkaar. De bomengroep bestaande uit vijf mammoetbomen, aangeplant hoog op de helling en in de rand van het bos, is zéér beeldbepalend en bestaat uit bomen met stamomtrekken tot meer dan zes meter.