349 resultaten
ID: 21485 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Bouquetstraat 72 (Diepenbeek)
Hoeve met zeer oude inplanting. Van het oude, omgrachte hof bleef alleen het woonhuis en de tiendenschuur bewaard. Omhaagde weilanden, bomenrijen en relict van een hoogstamboomgaard.
ID: 21566 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Molenstraat 24 (Diepenbeek)
Oorspronkelijk Middelmolen genaamd. De huidige benaming Sapitelmolen is een verbastering van Kapittelmolen, daar de molen afhing van het Sing-Lambertuskapittel van Luik. Hij wordt voor de eerste maal vermeld in 1272. De molen wordt omgeven door beemden beplant met onder andere Canadapopulieren.
ID: 200667 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Netelbroekstraat 1 (Diepenbeek)
De dwarsschuur in vakwerk wordt voor de eerste maal kadastraal geregistreerd in 1851 als onderdeel van een bestaand, eertijds omgracht, hoevecomplexals dat als Groot Terherken bekend staat. Rondom de hoeve strekken zich weilanden uit met enkele hoogstamfruitbomen.
ID: 300291 | Landschappelijk geheel

Deurne, Molenstede, Schaffen (Diest), Tessenderlo (Tessenderlo-Ham)
Dit gebied ligt aan de rand van het Kempisch plateau, de zogenaamde Zuiderkempen, waar, gevoed door water uit het Kempisch plateau, verschillende beekvalleien ingesneden zijn. Het grootste deel van het gebied wordt gevormd door één van deze beekvalleien, met enkele parallelle waterlopen. In de beekvallei zijn ook enkel vennen aanwezig, nu veelal droogliggend. Buiten de vallei liggen enkele ijzerzandsteenheuvels met groeves waar de stenen gewonnen werden. De bebouwing concentreert zich op de hogere gronden buiten de vallei. Een groot deel van het gebied is ontgonnen in de tweede helft van de 18de eeuw. Een opvallend landschapselement zijn de schansen, opgericht in de periode van de Tachtigjarige Oorlog om de plattelandsbevolking te beschermen tegen plundering en geweld. Op enkele plekken zijn deze schansen nog te herkennen in het landschap.
ID: 302873 | Archeologisch / Landschappelijk element

Langedijkstraat (Diest)
De Schans van Kelbergen in Diest werd omstreeks 1629 opgericht door de lokale bevolking en is een goed bewaarde archeologische site die nog steeds waarneembaar is in het landschap. Bomenrijen markeren de grachtenstructuur.
ID: 135137 | Landschappelijk geheel

Beerst, Diksmuide, Kaaskerke, Keiem, Stuivekenskerke (Diksmuide)
Dit gebied omvat de Ijzervallei tussen Diksmuide en Stuivekenskerke met aansluitend enkele waardevolle graslandcomplexen en de historische kern van Stuivekenskerke. De Handzamevaart is één van de grotere zijbeken en mondt ter hoogte van Diksmuide in de Ijzer uit. De gekanaliseerde en rechtgetrokken Ijzer stroomafwaarts van Diksmuide heeft zeer lang onder invloed van de zee gelegen en is pas vanaf de middeleeuwen bedijkt geweest wat ontginning van aangrenzende gronden mogelijk maakte. In de ondergrond treft veenlagen aan die bedekt zijn door sedimenten van de latere overstromingsfasen. De Ijzer is langs weerszijden bedijkt maar vertoont nog een bochtig verloop met enkele meanders. De dijken dateren waarschijnlijk uit de 11de eeuw en worden her en der geaccentueerd door bomenrijen. De Ijzertoren en een voormalige maalderij vormen een opvallende bakens in de wijde omgeving.
ID: 135170 | Landschappelijk geheel

Beerst, Diksmuide, Vladslo (Diksmuide), Handzame, Werken, Zarren (Kortemark)
Dit gebied omvat de polderinsnijding van de deels gekanaliseerde Handzamevaart tussen Handzame en Diksmuide, gekenmerkt door aaneengesloten graslanden. De Handzame heeft tussen het dorp Handzame en de Barisdamhoeve nog een sterk meanderende en natuurlijke loop in een smalle vallei met uitgesproken steilranden. Vanaf de Barisdamhoeve is ze sinds 1775 rechtgetrokken, gekanaliseerd en bedijkt om als transportkanaal dienst te doen. In de graslanden in de vallei zorgen “lanen” voor de afwatering naar grachten rond de percelen. De Hoge Andjoen is een mottesite waar nog duidelijk de typische dorpsstructuur uit de middeleeuwen bewaard is gebleven. De Barisdamhoeve bevindt zich op een verhevenheid, nabij de rand van de vallei, gedeeltelijk omgracht en getuigt van een dergelijke burcht.
ID: 135145 | Landschappelijk geheel

Diksmuide, Nieuwkapelle, Sint-Jacobs-Kapelle, Woumen (Diksmuide), Merkem (Houthulst), Noordschote, Pollinkhove, Reninge (Lo-Reninge), Oostvleteren (Vleteren)
Dit gebied omvat de brede Ijzervallei tussen Elzendamme en Woumen alsook een deel van de Lovaart nabij Pollinkhove met overgang naar het plateau van Izenberge en het benedenpand van het Kanaal Ieper-Ijzer nabij het voormalige Fort De Knocke. De Ijzerbroeken zijn gevormd door landurige getijdenwerking van de Noordzee. De Ijzer tussen Elzendamme en Diksmuide is sinds de middeleeuwen rechtgetrokken en gekanaliseerd om de scheepvaart mogelijk te maken. Momenteel kunnen de Ijzerbroeken aan de rechteroever nog steeds periodisch overstromen waarbij de Ijzer zijn zogenaamde winterbedding inneemt. De broeken liggen vrijwel volledig onder grasland en kennen een dicht ontwateringsnetwerk. Verder komt binnen het gebied nog het dijkgehucht Fintele, het dorp Pollinkhove en de grote Blankaartvijver met bijhorend kasteeldomein voor.
ID: 78477 | Archeologisch / Landschappelijk element

Berkelhofweg (Diksmuide)
Archeologische site gelegen ten oosten van de gedesaffecteerde spoorlijn Diksmuide-Nieuwpoort, even ten zuiden van de wederopbouwhoeve Klichthove (zie Klichthovestraat). Als site met walgracht en losstaande bestanddelen aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778). Deze archeologische site werd verlaten (wellicht na vernietiging tijdens de Eerste Wereldoorlog: de losstaande hoevegebouwen zijn nog aangeduid op de Atlas der Buurtwegen van circa 1843). In het weiland is de walgrachtstructuur duidelijk herkenbaar.
ID: 78178 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Oostendestraat 87 (Diksmuide)
De erftoegang is gemarkeerd door hekpijlers en de kapel. De tweeledige structuur van de site bestaat uit het omwalde opperhof, minimaal teruggaand tot de 17de eeuw, met het landhuis en het niet omwalde neerhof met de stal- en schuurvleugel, en het hondenhok. Het behoud van de woning op het opperhof vormt een uitzonderlijk gegeven bij de wederopbouw. In 1920-1921 werd de stal- en schuurvleugel op het neerhof herbouwd door de Brusselse architect Hippolyte Steels. In 1923-1925 stond de Kortrijkse architect Richard Acke in voor de wederopbouw van het landhuis. De sierlijke brug met poort over de wal vormt net als de kapel van 1930 een toevoeging uit de wederopbouw. De oevers van de walgracht zijn afgeboord met oude knotbomen van wilg en populier.