Inventaris

Avelgem (Avelgem), Harelbeke (Harelbeke), Kortrijk (Kortrijk), Ronse (Ronse), Heestert, Moen, Zwevegem (Zwevegem)
Het tracé van de oude spoorlijn 85 Kortrijk-Ronse is tussen Kortrijk en Avelgem en ten westen van Ronse-centrum nog duidelijk herkenbaar in het landschap als een lijnelement. Langs de route is sporadisch nog signalisatie en spoorweginfrastructuur aanwezig. Ook enkele spoorwegtaluds herinneren nog aan de vroegere functie van het huidige fietspad. In Ronse is de oude spoorwegbedding gedeeltelijk in gebruik voor landbouwverkeer en gedeeltelijk verbreed en aangepast voor autoverkeer.

Avelgem (Avelgem), Berchem, Ruien (Kluisbergen), Kooigem (Kortrijk), Leupegem, Melden (Oudenaarde), Spiere (Spiere-Helkijn), Moen, Sint-Denijs (Zwevegem)
Het tracé van de oude spoorlijn 85 tussen Leupegem en Spiere is nog herkenbaar in het landschap als een lijnelement. Langs de route is sporadisch nog signalisatie en spoorweginfrastructuur aanwezig. Ook enkele spoorwegtaluds herinneren nog aan de vroegere functie van het huidige fietspad.

Heverlee, Leuven (Leuven)
De spoorwegbedding tussen Leuven en Heverlee –  gelegen in het Egenhovenbos – is een restant van een nooit gerealiseerde spoorlijn die de Leuvense Vaartkom met het industriële bekken aan de Samber moest verbinden via de westzijde van de historische stadskern.

Middelkerke (West-Vlaanderen)
Het Groot Geleed is een restant van de middeleeuwse Testerepgeul die het eiland Testerep met daarop Oostende, Middelkerke en Westende van de rest van het vasteland afscheidde. Tussen 500 tot 900 n.C. bestond de ruimte tussen Oostende en Nieuwpoort uit schorren en geulen langs waar het zeewater dagelijks de kustvlakte instroomde. Langs de toenmalige kustlijn lagen drie grote getijdegeulen die het zeewater het binnenland binnen leidden: ter hoogte van de IJzer in Nieuwpoort, ten noorden van Veurne en in Oostende. Die vertakten op hun beurt in een netwerk van zijdelingse geulen, van oost naar west dus, of omgekeerd. Ten oosten van Nieuwpoort bij Nieuwendamme liep een zijgeul ongeveer parallel aan de kustlijn, de Testerepgeul.

Tilburgbaan (Brecht)
De Tilburgbaan loopt van in Sint-Job-in-'t Goor oostwaarts tot net voorbij de Sint-Theobalduskapel in het gehucht Locht. Het betreft een kaarsrecht tracé dat parallel loopt met het kanaal Dessel-Schoten. Waar de Tilburglaan door bosgebied en tussen landbouwgrond loopt, is het wegdek onverhard en zijn de langsgrachten bewaard. Langs een deel van het tracé staan opgaande eiken als wegbeplanting.

Luikersteenweg (Hasselt), Tongersesteenweg (Kortessem), Hasseltsesteenweg (Tongeren)
De steenweg N20 verbindt Tongeren met Hasselt en heeft nog relicten van de historische wegbeplanting. Tussen Tongeren en Kortessem staan langs weerszijden van de weg tegenover elkaar gekandelaarde platanen aangeplant. Parallel met de weg werden langsgrachten aangelegd. Vanaf Kortessem wijzigt de wegbeplanting in opgaande zomereiken met sporadisch een Amerikaanse eik. De rechtlijnige steenweg tussen Hasselt en Tongeren werd omstreeks 1740, onder het Oostenrijkse bewind, aangelegd.

Rillaar (Aarschot), Kapellen (Glabbeek), Meensel-Kiezegem, Tielt (Tielt-Winge)
De spoorwegbeddingen Rillaar - Tielt-Winge en Meensel-Kiezegem - Kapellen zijn restanten van de buurtspoorlijn Haacht-Aarschot-Tienen die van 1897 tot 1953 in gebruik was.

Gemeenteplein (Dilbeek)
Tegenover het gemeentehuis van Dilbeek staat een imposante treurbeuk met een omtrek van meer dan 4 m. Deze is een relict van de 19de-eeuwse parkaanleg rondom het kasteel.

Venlosesteenweg (Kinrooi), Venlosesteenweg (Maaseik)
De steenweg N78 loopt van aan de grens met Nederland in Kinrooi naar het zuidwesten tot Vroenhoven. De aanleg van deze rechte steenweg gebeurde onder het bewind van Napoleon in de periode 1812-1813. Langs de Venlosesteenweg zijn nog relicten van de oorspronkelijke wegbeplanting met opgaande zomereiken aanwezig.

Halen (Halen), Donk, Herk-de-Stad (Herk-de-Stad)
Tussen Herk-de-Stad (Spekbrug) en de Demer ten noorden van Halen ligt het 18de-eeuwse afleidingskanaal van de Herk. Het afleidingskanaal was deel van de oplossing die de centrale overheid rond 1760 bedacht om aan de veelvuldige overstromingen in de depressie van Halen-Schulen het hoofd te bieden.