Molen De Kinder is een stenen korenwindmolen (oorspronkelijk koren- en oliewindmolen) van het type bovenkruier (grondzeiler), gebouwd in 1794. Al in 1855 werd een stoommachine geplaatst en werd de oliemolen buiten werking gesteld. In 1892 werd een nieuwe stoommachine geplaatst en werd de molen omschreven als graan- en lijnkoekmolen door wind en stoom. In 1910 werd de molen uitgebreid met een mechanische maalderij. Een bakstenen gebouw met één bouwlaag werd hiervoor ten noorden van de molen gebouwd. De windmolen bleef in gebruik tot 1921 wanneer hij werd onttakeld. De maalderij werd aanvankelijk aangedreven door een gasmotor en later elektrisch. Sinds 1959 is de maalderij in handen van de familie De Kinder. De molenkuip werd lange tijd gebruikt als silo voor het veevoederbedrijf maar in 2019-2020 werd de molenromp gerenoveerd en vrijgemaakt. De maalderij werd echter gesloopt.

Witgeschilderde bakstenen conische molenromp met plat dak. Sporen van een witte kalklaag aan de oostzijde sporadisch doorbroken door drie boven elkaar geplaatste luiken aan de linkerkant.

Het binnenwerk is volledig verdwenen.

Oprichting van een stenen korenwindmolen van het type grondzeiler, volgens literatuur mogelijk in 1794, volgens het kadasterarchief al opgetekend op het primitieve plan van 1817 met C. Van Hoeymissen, mulder te Opdorp als eigenaar. In 1892 werd een stoommachine geplaatst en werd de molen omschreven als "stoomkorenlijnkoekwindmolen", in 1910 uitgebreid met een mechanische maalderij. Een bakstenen gebouw met één bouwlaag werd hiervoor ten noorden van de molen gebouwd. Heden verhoogd met een bouwlaag en met de molenromp verbonden door een gebouw in golfplaten. Windmolen in gebruik tot 1921 en ontdaan van zijn wieken. De maalderij wordt aangedreven door een gasmotor. Sinds 1959 in handen van de familie De Kinder en elektrisch aangedreven. Bakstenen conische molenromp met plat dak. Sporen van een witte kalklaag aan de oostzijde sporadisch doorbroken door drie boven elkaar geplaatste luiken aan de linkerkant en deels bezet met eternit platen aan de westzijde ter bescherming van de regen. Infrastructuur volledig verdwenen. De kuip wordt thans gebruikt als silo voor het veevoederbedrijf.

Maalderijgebouw van vier traveeën met tegenwoordig twee bouwlagen en zadeldak met rolpoort en twee getoogde vensters met ijzeren roedeverdeling op de begane grond en rechthoekige bovenvensters onder betonnen latei; aflijnende bakstenen muizentandfries.

Interieur met houten zoldering ondersteund door een gietijzeren zuil; met nog twee plettermolens in werking waarvan één afkomstig van een maalderij in Malderen gesigneerd: "Philippot Schmeider & Jaquet/ D.R.P. brevettes S.G.D.G/ Constructeurs Strasbourg".