Laatclassicistisch herenhuis volgens de bouwaanvraag uit 1804 opgetrokken in opdracht van de familie Kramp. Uit het bouwdossier valt de ontwerper niet af te leiden, maar op basis van een ontwerptekening bewaard in het Architectuurarchief Vlaanderen, kan het gebouw worden toegeschreven aan de architect Jan Blom. Het pand werd in 1929, 1936, en 1942 inwendig verbouwd en uitgebreid tot kantoorgebouw door de architect Max Winders, in opdracht van de naamloze maatschappij Compagnie d’Anvers.

Het hotel Kramp behoort tot de weinige tot op heden gekende privé-realisaties van Jan Blom. Als stadsbouwmeester wist hij in 1798 te verhinderen dat de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal door het Franse bewind als nationaal goed werd verkocht en gesloopt. Na 1800 stond hij in voor het herstel van de kerk, en ontwierp in 1824 het nieuwe hoogaltaar.

Imposante rijwoning met enkelhuisopstand van negen traveeën en drie bouwlagen onder een leien schilddak. De lijstgevel heeft een parement uit zandsteen en witte natuursteen, inclusief de gegroefde sokkel. Horizontaal geleed door de puilijst, legt de compositie de klemtoon op het door pilasters gemarkeerde poortrisaliet in de linker travee. Dit laatste wordt gemarkeerd door de rechthoekige koetspoort in geprofileerde hardstenen omlijsting met ingediepte pilasters, imposten, sluitsteen en paneel, bekroond door een balkon op zware, met stafwerk versierde voluutconsoles, voorzien van een smeedijzeren borstwering. Hogerop vensters in geriemde hardstenen omlijsting, op de bel-etage geaccentueerd door een entablement op voluutconsoles, en op de tweede verdieping verrijkt met oren. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters, beluikt en met doorgetrokken lekdrempels op de begane grond, op de bel-etage rustend op de puilijst, haast vierkant met individuele lekdrempels en onderdorpels in de lage topgeleding. Een klassiek hoofdgestel met gelede architraaf, fries en houten kroonlijst op klossen en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. Fraai bewerkte houten vleugeldeur in Lodewijk XVI-stijl, smeedijzeren parapetten op de bel-etage en gietijzeren voetschrapers. Achtergevel met houten kroonlijst op klossen en druipers en aangepaste rechthoekige vensters.

Laat-classicistisch herenhuis van negen traveeën, drie bouwlagen en schilddak (leien) te dateren 1804. Lijstgevel met parement van zandsteen, de sokkel incluis, horizontaal gemarkeerd door de puilijst en een klassiek hoofdgestel op klossen en tandlijst. Geaccentueerde poorttravee afgezet met vlakke muurpilasters: rechthoekige poort in omlijsting van arduin bekroond met balkon op uitgelengde, gegroefde consoles en voorzien van gietijzeren leuning; deurvenster in omlijsting van arduin op de hoofdverdieping en rechthoekig venster in dubbele geriemde omlijsting met oren. De overige vensters zijn rechthoekig en verkleinend naar boven toe; beluikt op de benedenverdieping, met smalle gietijzeren leuning op de tweede en individuele lekdrempels op de derde bouwlaag Achtergevel met houten kroonlijst op klossen en druipers en aangepaste rechthoekige vensters.