Burgerhuis in cottagestijl gebouwd naar een ontwerp door architect Jos Durinx uit 1912. Opdrachtgever is de architect zelf, of een directe verwante waarvan de voornaam eveneens de J als initiaal heeft.

De rijwoning in halfopen bebouwing, met een straatbreedte van twee ongelijke traveeën, telt drie bouwlagen onder een complex zadeldak (pannen). Het gebouw, waarvan het enigszins robuuste volume wordt bepaald door twee puntgevels, is opgetrokken in een sobere baksteenbouw met kruisverband. Het gebruik van natuur- en hardsteen beperkt zich tot structurele onderdelen als de kozijnen en de plint. Pittoresk van opbouw, berust het cottagekarakter vooral op het houten stijl- en regelwerk van de topgeleding, inclusief beide geveltoppen, en van de twee erkers met afdak. Daarentegen is het smeedwerk van de balkonborstwering een typisch voorbeeld van geometrische art nouveau. De compositie van de voorgevel legt het accent op de brede zijtravee, in overeenstemming met de opdeling in hoofd- en nevenruimten van het interieur. Deze wordt gemarkeerd door een nauwelijks uitspringende, driezijdige erker en drielichten. Opvallend is de oplossing van de hoekpenant, in de vorm van een halfronde arkel op de eerste verdieping, en afgeschuind met een balkon op de tweede verdieping. Een houten luifel beschermt in de zijgevel de inkom, daar waar het trappenhuis als risaliet wordt geaccentueerd. Waar de smeedijzeren windwijzers van de geveltoppen en het voortuinhek werden verwijderd, is ook het vensterschrijnwerk vernieuwd.

De plattegrond beantwoordt aan de typologie van de bel-etagewoning, waarbij de lage begane grond volgens de bouwplannen ruimte bood aan een suite van kantoren en de keuken. Het trappenhuis neemt in het langgerekte gebouw een zijdelingse positie in. De bel-etage omvat vermoedelijk zoals gebruikelijk het salon, de eetkamer en de veranda. Van de slaapkamers op de tweede verdieping beschikt de achterste over een balkon; overige slaapvertrekken of meidenkamer(s) nemen het dakniveau in. De woning werd later aan de achterzijde uitgebreid.

Halfvrijstaand burgerhuis in cottagestijl naar ontwerp van J. Durinckx, van 1912. Twee traveeën en drie bouwlagen onder haakse zadeldaken. Voor- en zijpuntgevels met pseudo-vakwerk in de top. Typische bel-etage-erkers.