Stoomrijstpellerij van de Rizerie à Vapeur A.J.A. Elsen & C°, gebouwd naar een ontwerp door de architect-aannemer Henri Leytens uit 1874. Opdrachtgever was Albert Jean Adrien Elsen (Antwerpen, 1842-Mortsel, 1912), echtgenoot van Louise Marie Augusta Joséphine Tercelin (Mons, 1849-Antwerpen, 1921). Het project omvatte het hoofdgebouw van de stoomrijstpellerij in de De Pretstraat, en de inrijpoort (gesloopt) met aanpalende portierswoning (verbouwd) om de hoek in de Ellermanstraat. Elsen breidde het complex in 1876 uit met een driebeukige loods voor de opslag van ruwe rijst (verbouwd), ingeplant tussen het hoofdgebouw en inrijpoort op de hoek van De Pretstraat en Ellermanstraat. In 1877 liet hij door Leytens rechts van het hoofdgebouw een tweede driebeukige loods optrekken (gesloopt), als een symmetrische pendant op de hoek van De Pretstraat en Duboisstraat. Van architect-aannemer Henri Leytens zijn in Antwerpen bouwprojecten geïdentificeerd uit de jaren 1868 tot 1883.

Langgerekt industrieel gebouw op een L-vormige plattegrond van tien traveeën en oorspronkelijk drie bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen). De lijstgevel heeft een parement uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, verankerd door smeedijzeren lelieankers op de lisenen, met een plint en lekdrempels uit blauwe hardsteen. Oorspronkelijk beantwoordde de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit drie registers van steekboogvensters op individuele lekdrempels, per travee gevat in kolossale, getoogde spaarvelden met vlakke lisenen. Een houten kroonlijst vormt de gevelbeëindiging. De stoomrijstpellerij is vermoedelijk tijdens het interbellum ingrijpend verbouwd door het invoegen van een extra niveau tussen begane grond en eerste verdieping, gepaard met wijziging van de vensterordonnantie en de inbreng van een inwendige structuur uit gewapend beton. Verder doorbreken meerdere, latere inrijpoorten de begane grond. Het complex is recent gerenoveerd tot kantoren en woningen.

Magazijn Elsen (Katoennatie); pakhuis te dateren circa 1870. Bakstenen gebouw met lijstgevel van tien traveeën en vier bouwlagen onder zadeldak (pannen, nok parallel aan de straat). Verticaal geritmeerd door ondiepe segmentboognissen met sierankers op de penanten. Gecementeerde begane grond met rechthoekige muuropeningen, de bovenbouw met getoogde, vlak omlijste vensters met tralies op lagere tweede en derde bouwlaag. Beëindiging met houten kroonlijst. Inwendige constructie van beton uit het eerste kwart van de 20ste eeuw.