Teksten van Oorlogsgedenkteken

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78283

Oorlogsgedenkteken ()

Oorlogsgedenkteken naar ontwerp van beeldhouwer Rombaux Roland (Ecaussinnes) voor de militaire en burgerlijke slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog te Keiem. Bronzen standbeeld van een soldaat in gevechtsuitrusting op arduinen sokkel met ingehouwen en geel geschilderd opschrift "KEIJEM AAN ZIJNE OORLOGSDOODEN 1914-1918" en op de rechter- en linkerkant, respectievelijk "BURGERLIJKE SLACHTOFFERS" en "OUDSTRIJDERS" met de namen. Ingehuldigd in juli 1925.

  • Inventarisatie van Relicten uit de Eerste Wereldoorlog in de Westhoek (Provincie West-Vlaanderen, "Oorlog en Vrede in de Westhoek", en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen).
  • JACOBS M., Zij die vielen als helden… Inventaris van de oorlogsgedenktekens van de twee wereldoorlogen in West-Vlaanderen, Deel II, Brugge, 1996, p. 168.

Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Oorlogsgedenkteken [online], https://id.erfgoed.net/teksten/78283 (geraadpleegd op ).


Standbeeld voor militaire en burgerlijke oorlogsslachtoffers (Keiem - WOI) ()

Oorlogsgedenkteken langs de Keiemdorpstraat, op het dorpsplein van Keiem.

Historische achtergrond

Het gedenkteken werd onthuld op zondag 12 juli 1925. Z.M. de Koning was vertegenwoordigd door zijn vleugeladjudant en de minister van Landsverdediging door majoor B.E.M. Goddyn van het 3de regiment Lansiers te Brugge. Verder waren aanwezig: baron L. Janssens de Bisthoven, de gouverneur, de vaderlandse verenigingen en legeraalmoezenier Dumon van Brugge.
De Eerste Wereldoorlog betekende voor Keiem de totale ondergang. Op 18 en 19 oktober 1914 grepen er verwoede gevechten plaats tijdens het begin van de IJzerslag. Keiem werd door de Duitsers veroverd en de bevolking werd in 1915 geëvacueerd naar het bezette binnenland. Het dorp betaalde een oorlogstol van acht militairen en 19 burgers, waarvan de namen op het lokale oorlogsgedenkteken gebeiteld staan. Reeds in de winter van 1918 kwamen de eerste vluchtelingen terug in hun dorp en vanaf september 1919 trad een voorlopige gemeenteraad in werking. De wederopbouw werd voltooid in 1925.

Beschrijving

Op een verhoog met twee treden staat een hoge, geprofileerde naar boven toe versmallende sokkel met zware doorlopende kroonlijst, alles uit hardsteen. Hierop staat het bronzen beeld van een soldaat in gevechtskleding, het geweer in de ene hand met de loop naar boven, de andere hand is samengebald. Het lichaam maakt een licht draaiende beweging. Op de grond ligt een kanonloop.

Op het voetstuk: op de voorkant 'Keijem aan zijne oorlogsdooden 1914-1918', op de rechterkant 'Burgerlijke slachtoffers', de namen (alfabetisch), op de linkerkant 'Oudstrijders', de namen (alfabetisch), ingehouwen, geel beschilderde letters.

H. 416 cm x Br. 175 cm x D. 175 cm

Uitvoering: Rombaux Roland, Ecaussinnes (gesigneerd op het hardsteen)

  • DEMOEN H. 1984: Het Diksmuidse van toen, Brugge.
  • JACOBS M. 1996: Zij die vielen als helden... Inventaris van de oorlogsgedenktekens van de twee wereldoorlogen in West-Vlaanderen, deel 2, Brugge.

Bron: WOI Relict (328): Standbeeld voor militaire en burgerlijke oorlogsslachtoffers (Keiem - WOI)
Auteurs:  Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Oorlogsgedenkteken [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195686 (geraadpleegd op ).