Achter de hoeve gelegen mitrailleurspost en bunker, behorend tot de Eerste Belgische linie van de Eerste Wereldoorlog, gelegen op circa 200 meter van de voormalige spoorlijn Diksmuide-Nieuwpoort die de frontlinie vormde. Vanuit deze mitrailleurspost kon de vijand in verschillende richtingen onder vuur genomen worden. De bunker werd ingebouwd in de restanten van een vernietigde hoeve, vandaar bakstenen sporen met rode tegeltjes.
Nu vrijstaande militaire constructie, trapeziumvormig en bijna volledig opgetrokken uit beton. In de noord-noordwestzijde en de zuid-zuidoostzijde, telkens twee grote schietgaten die naar binnen toe trapsgewijs versmallen. Deur in de west-zuidwestzijde, met ernaast een granaatgat. Binnenin drie ruimtes en één gang.
De bunker is gelegen achter een aan de straat gelegen hoeve uit de wederopbouwperiode, met eenvoudige losstaande bestanddelen rondom het erf gegroepeerd.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de bunker gebruikt als schuilplaats voor omwonenden.
Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Vanneste P. & Missiaen H. 2005: Belgische mitrailleurpost [online], https://id.erfgoed.net/teksten/78498 (geraadpleegd op ).
Nu vrijstaande, bovengrondse militaire constructie, gelegen achter boerderij Schoorbakkestraat 21, circa 200 meter ten zuidoosten van Pervijze en circa 200 meter ten westen van de voormalige spoorwegberm Diksmuide-Nieuwpoort. De omgeving is vlak en bestaat uit weiland en bebouwing.
"All-round" mitrailleurpost gelegen op de eerste Belgische linie, vlak achter de spoorweg Nieuwpoort - Diksmuide, van waaruit de vijand in verschillende richtingen onder vuur genomen kon worden. Enkel de oostelijke bevat geen schietgaten. Het gebied ten westen van de voormalige spoorweg stond ter hoogte van Pervijze onder water. De bunker werd in de puinen van de oude boerderij ingebouwd, wat de resterende bakstenen en rode tegeltjes verklaart. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de bunker gebruikt als schuilplaats voor omwonende.
Trapeziumvormige, grotendeels betonnen militaire constructie, met restanten van bakstenen muren en rode tegels. Het dak is plat, behalve een uitstulping ter hoogte van de deur aan de zuidwestzijde.
De oostelijke zijde is volledig dicht. Aan de noordelijke - noordwestelijke kant en zuidelijke - zuidoostelijke zijde zijn telkens twee grote schietgaten (gericht naar noordwestelijke respectievelijk zuidelijke richting) aanwezig, die trapsgewijs naar binnen toe versmallen. De deur bevindt zich aan de westzuidwestelijke zijde, met ernaast een granaatgat. Aan de deur zijn links scharnieren bevestigd, rechts is een kleine uitsparing en een haak aanwezig. In de granaatgaten, in alle muren aanwezig, behalve aan de oostelijke zijde, is de houten bekleding soms nog aanwezig.
Binnenin bestaat de constructie uit drie ruimtes en één gang, met een vrij grillig grondplan. De schietgaten die in deze ruimtes uitkomen, zitten op dezelfde hoogte als aan de buitenzijde, de granaatgaten zitten bijna tegen het plafond. Enkele schietgleuven zijn dichtgemetseld.
Bron: DECOODT H. & BOGAERT N. 2002-2005: Inventarisatie van het Wereldoorlogerfgoed in de Westhoek, project in opdracht van de provincie West-Vlaanderen, “Oorlog en Vrede in de Westhoek”, en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen.
Auteurs: Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. & Bogaert N. 2004: Belgische mitrailleurpost [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195684 (geraadpleegd op ).