Teutenhuis Linmans, naar J.H. Linmans, koopman, namelijk textielteut, en logementhouder. Aan straatzijde van een ligustrumhaag voorzien, alleenstaand burgerhuis met dubbelhuisopstand; vijf traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (nok parallel aan de straat, mechanische pannen) met twee latere dakkapellen onder platte bedaking, tussen aandaken met schouwen als topstuk, in kern uit de tweede helft van de 18de eeuw, in de tweede helft van de 19de eeuw van de huidige bepleistering voorzien, met overwegend neoclassicistische decoratie. Op een kopie van de ontvreemde zogenaamde "Caerte representerende de limiten tussen Overpelt ende Exel" van 1775 wordt de woning reeds aangeduid als een U-vormig complex met lagere zijvleugels. Op de Ferrariskaart (1771-77) en in de Atlas van de Buurtwegen (1845) nog steeds als U-vormig opgetekend.
Op 14 oktober 1856, brand van een schuur met afdak, in steen en leem opgetrokken, waardoor ook een aantal omliggende lemen gebouwen van andere eigenaars verloren gingen. Het logementshuis noemde toen "Het schevelings welvaren", waarbij scheveling Limburgs is voor schaveling, houtkrul, mogelijk een verwijzing naar de iets ten oosten en nabijgelegen schrijnwerkerij van H. Kerkhof (1803-67), die aanverwant was met de familie Bogaerts. Een deel van de westkant, tussen woonhuis en westelijk dienstgebouw, is later afgebroken, mogelijk als gevolg van genoemde brand, waardoor laatstgenoemde losstaand werd. Erf niet toegankelijk.
Met gewone ankers en krulankers met dito spie verankerde, volledig bepleisterde en beschilderde baksteenbouw op met spiegels versierde plint, met aflijnende geprofileerde lijst; bewaard houtwerk, onder meer geprofileerde kroonlijst op dito consoles. Beluikte, rechthoekige vensters op beschilderde bepleisterde lekdrempels, in geprofileerde dito omlijstingen, bovenaan versierd met schelp en acanthussen. Rechthoekige deur uit de eerste helft van de 19de eeuw in analoge omlijsting op neuten, bovenaan iets rijker versierd met rocailles en acanthussen; fraaie roedeverdeling in bovenlicht, met gekleurd glas in ruitjes en cirkeltjes. Blinde oostelijke zijpuntgevel met aangebouwd, lager, L-vormig dienstgebouw onder gecombineerde zadeldaken (Vlaamse pannen); aflijnende overhoekse muizentand; bewaarde korfboogpoort aan straatzijde; in het verlengde, iets lager dienstgebouw onder zadeldak. Deels met klimop begroeide westelijke zijpuntgevel met sporen van vlechtingen en drie gelijkaardige vensters in de geveltop.
Achteraan, mogelijk latere aanbouw onder lessenaarsdak. Ten westen, ijzeren hek en met klimop begroeid, losstaand, haaks dienstgebouw van met krulankers verankerde baksteen, onder zadeldak (Vlaamse pannen).
- Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg Limburg, Cel Monumenten en Landschappen, dossier nr. 2302.
- CARIS M., verstrekte gegevens, Eksel, 1 maart 2002.
- S.N., Historische dorpswandeling Eksel, brochure, Hechtel-Eksel, 2001, p. 14, afb.
- S.N., Lei en griffel, 4, 1, 1996, p. 11.