De thematische inventarisatie van de bunkers van de ‘Südabschnitt’ kadert in het beleidsthema rond het erfgoed van de Eerste Wereldoorlog. Op een systematische manier tracht het agentschap Onroerend Erfgoed sinds 2002 het erfgoed van de Eerste Wereldoorlog te inventariseren en op te nemen in de Inventaris van het Onroerend Erfgoed. Bunkers en bunkerlinies vormen een belangrijk onderdeel van dit oorlogserfgoed. Hierbij is getracht alle bunkers van de Westhoek, het Duitse hinterland, de 'Hollandstellung', de 'Westabschnitt', de 'Südabschnitt', de 'Nordabschnitt' en de 'Turnhoutkanalstellung' in opeenvolgende projecten te inventariseren. De resultaten van deze inventarisatie kunnen door de diverse overheden gebruikt worden als beleidsinstrument. Op basis van deze systematische inventarisatie werd tevens overgegaan tot de bescherming van de meest waardevolle elementen van dit patrimonium.
De ‘Südabschnitt’ is één van de Duitse bunkerlinies, die tijdens de Eerste Wereldoorlog werd aangelegd als onderdeel van de ‘Stellung Antwerpen’. Deze vijftien kilometer lange bunkerlinie werd ten zuiden van Antwerpen aangelegd tussen de Scheldepolders in Bornem en Heindonk in Willebroek. De resterende bunkers zijn doorgaans opgetrokken volgens gestandaardiseerde ontwerpen, die ook elders in de ‘Stellung Antwerpen’ en ‘Turnhoutkanalstellung’ werden toegepast.
De ‘Südabschnitt’ betreft een Duitse bunkerlinie, geconcipieerd als een geheel aan draadhindernissen, loopgraven en bunkers, die volgens een strategisch plan werd aangelegd in de jaren 1916-1918. De bunkers zijn Duitse militaire verdedigingswerken die werden opgetrokken als onderdeel van de 'Stellung Antwerpen', in een poging om de 'Kaiserliche Festung Antwerpen' met zijn strategische belangrijke haven te kunnen beschermen. De 'Südabschnitt' getuigt met andere woorden van de strategische visie van de Duitse bezetter tijdens de Eerste Wereldoorlog. De inplanting, de samenhang tussen de bunkers onderling en met andere verdedigingswerken (bijvoorbeeld loopgraven) en de typologie van de individuele bunkers vormen de historische waarde van de bunkerlinie. De bunkers zijn gebouwd volgens een specifieke bunkertypologie die was uitgewerkt door de 'Kaiserliche Fortifikation Antwerpen'. Bijgevolg kan er ook een architecturale waarde worden toegeschreven aan dit oorlogserfgoed. Op sommige plaatsen, vooral onder bos, zijn er ook nog waardevolle landschappelijke restanten (loopgraven) bewaard. In samenhang met de bunkers verhogen zij de erfgoedwaarde van de bunkerlinie als geheel. Door het bodemarchief dat op vele plaatsen bewaard is, kan er ook een archeologische waarde worden toegeschreven aan de bunkerlinie. Als materiële getuigen van de 'Grooten Oorlog', die Vlaanderen jarenlang in zijn greep hield en het leven van ontelbaar veel mensen ingrijpend tekende of volledig verwoestte, heeft dit oorlogserfgoed ten slotte een belangrijke culturele waarde. De herinnering aan de Eerste Wereldoorlog kent nog steeds een breed maatschappelijk en internationaal draagvlak.
Het veldwerk voor deze thematische inventarisatie door het agentschap Onroerend Erfgoed vond plaats in 2017. Deze inventarisatie gebeurde op basis van de studie van de Universiteit Gent, vakgroep Archeologie, in opdracht van de Provincie Antwerpen, Dienst Erfgoed. Er werd eveneens dankbaar gebruik gemaakt van publicaties uitgegeven door de Simon Stevinstichting (Raymond Van Meirvenne, Robert Gils). De bunkers werden individueel geïnventariseerd, beschreven en typologisch ingedeeld. Deze individuele beschrijvingen zijn gelinkt aan het bouwkundig geheel ‘Südabschnitt’. Omdat bunkers zich niet zo gemakkelijk laten vinden, bijvoorbeeld omwille van ondergrondse ligging, begroeiing of omdat er rond de bunker werd gebouwd, is het mogelijk dat er ook in de toekomst nog individuele bunkers in de wetenschappelijke inventaris worden toegevoegd. Anno 2021 zijn er 51 bunkers van de ‘Südabschnitt’ opgenomen in de Inventaris van het Onroerend Erfgoed.
Deze inventarisatie leidde tot de definitieve bescherming als monument in 2019 van drie bunkergehelen. Het betreft sites met twee tot vijf bunkers, gelegen in het kasteelpark ‘Bel Air’ in Willebroek, bij het Fort Breendonk in Willebroek en op het schooldomein langs de Hof-ten-Berglaan in Puurs. De bunkers in het kasteelpark 'Bel Air' betreffen een interessant ensemble van vier verschillende types, met name een manschappenonderkomen, een observatiepost ten behoeve van de infanterie, een artillerieobservatiepost en twee geschutsbunkers. Vooral de aanwezigheid van een koppel geschutsbunkers is zeldzaam voor de 'Stellung Antwerpen' in het algemeen en meer specifiek voor de 'Südabschnitt'. Bij de site langs de Hof-ten-Berglaan in Puurs zijn de loopgraven nog zichtbaar in het terrein, wat uniek is voor de 'Südabschnitt'. De bunkers bij het fort van Breendonk (Willebroek) getuigen van de Belgische en Duitse strategische visies die gangbaar waren vóór en tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Inventarisatie bunkers Südabschnitt [online], https://id.erfgoed.net/gebeurtenissen/1242 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.