Zone Kiekenmarkt

De oudste fase kan in de late 12de - 13de eeuw gedateerd worden. De onderzochte zone lag in de 12de eeuw in de vallei van de Ieperlee. Vanaf de late 12de eeuw werd het terrein opgehoogd. Naast het ophogen vonden er ook graafactiviteiten plaats binnen het plangebied. De terreinen werden wellicht als ontginningsgronden gebruikt. Wellicht werd klei gewonnen voor de bouw van woningen binnen de prestedelijke nederzetting. Enkele van deze kuilen werden na het graven als mestkuil hergebruikt. Behalve mest kwam er ook een kleine hoeveelheid huishoudelijk afval in de kuilen terecht.

Volgens de historische gegevens kwam het plangebied vanaf het midden van de 13de eeuw binnen de nieuwe stadsversterkingen te liggen. Door de sterke bevolkingsgroei werd dit deel van de stad vanaf het eerste kwart tot het midden van de 13de eeuw bouwrijp gemaakt om daarna verkaveld te worden. Opvallend is het vrijwel ontbreken van ijzerzandsteen. Het ontbreken van geeft een terminus post quem van de eerste fase van bebouwing. Vanaf de tweede helft van de 13de eeuw werd ijzerzandsteen als bouwmateriaal vervangen door baksteen.
Waarschijnlijk werd op het eind van de 13de eeuw het op de Ieperlee gewonnen stuk land volledig bebouwd. In de loop der eeuwen werden deze gebouwen meermaals verbouwd. Van de laatste fase (14de-15de eeuw) zijn redelijk veel archeologische restanten teruggevonden. Aan deze fase kunnen ook twee artisanale ovens gekoppeld worden, waarvan één nog goed bewaard was. De ovens stonden naast elkaar. Aangezien verversovens vaker voorkomen in paren van twee of drie ovens naast elkaar, gaat het bij de Kiekenmarkt mogelijk om een werkplaats van een ververij. De ligging van de site vlakbij het water was in ieder geval gunstig voor een ververij. Ook de nabijheid van de lakenhalle kan ook zijn voordelen hebben gehad. Er zijn echter geen aanwijzingen om de hypothese verder te onderbouwen.
Er werden geen sporen uit de 16de en 17de eeuw aangetroffen. Mogelijk werd de zone na afbraak van de bebouwing als marktplaats in gebruik genomen en is de rooilijn van de bebouwing meer naar het noorden opgeschoven.
In 1714 werd de westelijke arm van de Ieperlee overwelfd. Na de overwelving werd de Vismarkt aangelegd. Boven de overwelving werden enkele huizen gebouwd. Volgens de historische bronnen werden in 1898 drie huizen aan de Kiekenmarkt onteigend met het oog op de verruiming van de Vismarkt. Het is niet zeker of het huis boven de overwelving werd afgebroken. Wel is zeker dat de bovenzijde van het gewelf over de Ieperlee gedurende de Eerste Wereldoorlog door beschietingen grotendeels werd verwoest.

Zone Studentenstraat

Hier werden twee bakstenen poeren aangetroffen, die te interpreteren zijn als fundering van de Bourgondische stadsmuur. Vergelijkbare sporen werden reeds op verschillende locaties binnen Ieper opgegraven.

Zone De Montstraat en Arsenaalstraat

Op basis van historische bronnen en reeds uitgevoerd archeologisch onderzoek in de directe omgeving werd verwacht dat in deze zone een gracht rond het Zaalhof zou worden aangesneden. De gracht rond het Zaalhof is inderdaad aangetroffen en kon deels onderzocht worden. Naast de gracht zijn slechts enkele andere laatmiddeleeuwse sporen aangetroffen, waaronder een beerput.
Het merendeel van de aangetroffen sporen is te relateren aan 19de-eeuwse bebouwing. Bij de heropbouw van Ieper na de Eerste Wereldoorlog werden deze panden niet heropgebouwd en werd de rooilijn meer naar het westen verschoven, zodat er meer ruimte was voor de wegenis.