is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kasteelhoeve Hof van Wychhuus
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Kasteelhoeve Hof van Wychhuus
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kasteelhoeve Hof van Wychhuus
Deze vaststelling was geldig van tot
Zogenaamd "Hof van Wychhuus" (Wyckhuuse), voormalig eigendom van jonkheer Franchoys van Wychhuus, heer van Fontignie, burgemeester en landhouder van de wet der "Stede ende Casselrie van Veurne-Ambacht" tussen 1615-1617. Het hof blijkt steeds in handen te zijn geweest van dezelfde familie, eerst van "van Wychhuus", later door verwantschap, van "van Raveschoot". Het hof ging inderdaad over van vernoemde Franchoys van Wychhuus op zijn gelijknamige zoon, die het op zijn beurt overliet aan zijn kleindochter Isabelle Françoise van Wychhuus, welke in 1751 Charles Maelcamp, heer van Raveschoot huwde. Laatste eigenaars uit dit geslacht waren Piers de Raveschoot Polydore en zijn zoon Piers de Raveschoot Gabriel, die in 1914 het goed verkocht aan het echtpaar Nollet-Verdoolaeghe uit Steenkerke. Heden in bezit van de gemeente. Thans eerder vervallen kasteelhoeve, met rest van de oorspronkelijke omwalling ten westen van het huis. Straatzijde afgezet door middel van omheiningsmuur met toegangspoort, alhier in 1968 heropgericht tengevolge verbredingswerken aan de baan. 20ste-eeuwse schuur met stalgedeelte, ten noordwesten van het hoofdgebouw.
Omheiningsmuur van gele baksteen met sokkel en ezelsrug, breed getrapt boven de toegangspoort. Laatst genoemde met centrale rondboogpoort met dubbel kwartholbeloop, eindigend op ezelsoor; aanleunende schamppalen. Links kleiner rondboogpoortje met sluitsteen en imposten van rode baksteen, geflankeerd door pilasters met versnijding en sokkel, ter ondersteuning van hoofdgestel; tandlijsten en drie halfverheven reliëfschildjes in het fries. Wapenschild van het geslacht van "van Wychhuus" (blauwsteen) in een rood bakstenen nis op consooltjes, boven de koetspoort. Aanleunend lessenaarsdak, geflankeerd door steunberen, tegen achterkant. Jaartal 1604 aangebracht in muur door middel van blauwgeglazuurde baksteenkoppen, rechts van toegangspoort.
Kasteelhoeve bestaande uit twee, haaks op elkaar staande vleugels, de ene noord-zuid gericht, de tweede, oost-west. Trappenhuis tussen beide in. 19de-eeuws aanbouwsel tegen zuidelijke flank van noord-zuidvleugel.
Laatst genoemde bestaande uit vier traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen) met kort overstekende rand, te dateren 1608, naar een voormalige gevelsteen die zich op een niet oorspronkelijke plaats, in oostelijke zijde bevond. Verankerd, geel bakstenen gebouw. Westelijke gevel deels afgelijnd door tandlijst. Rechthoekige muuropeningen. Oorspronkelijk beluikte benedenvensters met houten kruiskozijn (17de eeuw) en kleine roedeverdeling (18de eeuw) in getoogde omlijsting met strekse latei en afzaat. Kozijndeur met tweedelig bovenlicht in korfboogomlijsting, ter hoogte van derde travee. Recentere beluikte muuropening boven vierde travee. Oostelijke gevel afgelijnd door kordon en bakstenen consooltjes. Bouwnaad tussen derde en vierde travee. Geprofileerde tudorboog van rode en gele baksteen, boven thans dichtgemetselde muuropening, in eerste travee. Benedenvenster met houten kruiskozijn en kleine roedeverdeling in een omlijsting met geprofileerde rechtstanden en afzaat, doch jongere, getoogde ontlastingsboog, ter hoogte van derde travee. Bovenvensters met houten, 17de-eeuws kruiskozijn, benedenluiken en 18de-eeuwse roedeverdeling, verdiept in korfbogen met kwarthol-en-bolbeloop eindigend in ezelsoor, op afzaat. Drielicht in derde travee. Rondboognisje met sluitsteen, geflankeerd door pilasters ter ondersteuning van driehoekig fronton, rechts onder drielicht. Noordelijke zijtuitgevel voorzien van aandak, schouderstukken, topstuk en muurvlechtingen. Venster met houten kruiskozijn in korfboogomlijsting op afzaat, ter hoogte van tweede bouwlaag. Getoogde omlijsting met kozijnvenstertje boven laatst genoemde. Korfboogvormige muuropening in de top. zuidelijke zijtrapgevel bekroond met een rechthoekige, fraai geprofileerde schouwmond. Aanleunende schouwpijp, dienst doende als steunbeer.
Vermoedelijk iets jongere (?) oost-westvleugel van drie traveeën en twee bouwlagen. Onder gebogen zadeldak (mechanische pannen) met overstekende rand op geprofileerde modillons aan zuidkant, uit de 17de eeuw. Onderkelderd, verankerd gebouw van gele baksteen. Zuidgevel met kordon tussen beide bouwlagen. Benedenvensters met houten bolkozijn, in de 18de eeuw voorzien van schuiframen met geprofileerde wisseldorpel en kleine roedeverdeling, beschermd door luiken over de volle lengte. Sporen van korfbogen boven laatst genoemde. Oorspronkelijk beluikte bovenvensters met houten kruiskozijn (17de eeuw), geprofileerde stijlen en 18de-eeuwse roedeverdeling. Rechthoekige kelderopening met houten, getralied bolkozijn en latei onderaan. Soortgelijke keldergaten in de, overigens blinde noordgevel. Laatst genoemde afgelijnd door een tandlijst en overhoeks muizentandfries. Oostelijke zijgevel met aandak, schouderstukken, muurvlechtingen en bekronende schouwmond. Vensters met houten kloosterkozijn in korfboogomlijsting op afzaat, ter hoogte van eerste bouwlaag. Soortgelijke vensters met kleine roedeverdeling, het linker met bewaard benedenluik, in rechthoekige omlijsting op afzaat, ter hoogte van tweede bouwlaag. Kozijnvenstertjes onder een gedrukte korfboog, in de top. Ten westen aandak voorzien van muurvlechtingen en schouderstukken. Lager, tegen de westgevel aanleunend trappenhuis van één travee onder gehalveerd zadeldak (nokrichting oost-west, Vlaamse pannen) met overstekende rand. Onder meer bewaard kozijnvenstertje in korfboogomlijsting met kwartholbeloop, op afzaat. 19de-eeuws uitbouwsel van vier traveeën en één bouwlaag onder gebogen zadeldak (nokrichting noord-zuid, Vlaamse pannen) tegen de zuidwesthoek.
Zolderingen met bewaarde moer- en kinderbalken en geprofileerde balkstoffen in oostwestvleugel.
Bron: DELEPIERE A.-M. & LION M. met medewerking van HUYS M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Veurne, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 8n, Brussel - Gent.
Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Lion, Mimi
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Oorspronkelijk ‘hof van plaisance’ uit de 17de eeuw dat verpacht werd als herenhoeve. Op de kabinetskaart van de Ferraris ligt de omwalde site in het centrum van Alveringem vlakbij de parochiekerk en de Kwellemolen. De gracht rond de woonst had nog een uitloper in westelijke richting, waardoor het erf eveneens deels omsloten werd.
Op de Atlas der Buurtwegen wordt de site ten zuiden begrensd door een voetweg, het Appelstraatje, die naar de kerk loopt. Rondom de hoeve lag tot het midden van de 20ste eeuw een boomgaard. In de loop van de 20ste eeuw verlandde de walgracht zodat de oorspronkelijke omwalling slechts als een depressie in het reliëf herkenbaar was. In het kader van de restauratiewerken van de hoeve in 1981-1982 werd een deel van de oude wal opnieuw uitgegraven. De site kreeg ook een moderne groenaanleg met perkjes en een fruitgaard.
Vandaag is ten westen nog een deel van de omwalling zichtbaar. De voetweg ten zuiden is nog steeds in gebruik en werd verhard.
Is deel van
St.-Rijkersstraat (Alveringem)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteelhoeve Hof van Wychhuus [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/15858 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.