Begin 19de-eeuwse woning, in het begin van de 20ste eeuw in gebruik als herberg "De Koornbloem".

De woning wordt gebouwd in 1825 (zie jaarankers in de zijgevel) door Joannes Debaere voor zijn zoon Boniface, landbouwer van beroep. Het primitief kadasterplan (circa 1830) geeft twee aanpalende woningen weer, eigendom van timmerman J. Blanckaert. Vóór 1845 laten Jan en Victoria Wittebolle de linkerwoning vergroten (nummer 104), de afgebrande rechterwoning wordt volledig afgebroken. In 1888 komt de woning in het bezit van de landbouwersfamilie Gryspeerdt uit Sint-Eloois-Winkel. In 1900 wordt de woning ingericht als de herberg "De Koornbloem", uitgebaat door Charles Naessens. De herberg blijft bestaan tot 1923. In 1928 registreert het kadaster de vergroting van de woning en de bouw van het magazijn tegen de rechterzijgevel (ingebruikname in 1929). In 1944 wordt de woning met magazijn eigendom van vlashandelaar Alfons Goudsmet.

Lage woning van vier traveeën daterend van 1825 met een geïncorporeerde bergruimte (thans garage) van 1928-1929. Gecementeerde verankerde baksteenbouw met imitatievoegen onder een doorlopend zadeldak met Vlaamse pannen. Rechthoekige openingen met bewaard houtwerk. Zijgevel met jaarankers "1825" en kruisvormige verankering. Geïncorporeerd magazijn met kruisvormige verankering en aangepaste opening aan de straatkant zie rood metselwerk. Achterliggend bijgebouw; verankerde baksteenbouw onder een schilddak met Vlaamse pannen.