is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa Maria
Deze vaststelling is geldig sinds
Villa Maria is een eclectische woning met duidelijke reminiscenties aan de art nouveau en neogotiek. Dit goed bewaarde burgerhuis met behouden voortuintje en ijzeren hek aan de straat werd in 1912 gebouwd naar een ontwerp van architect Albert Jacobs uit Puurs. Bouwheer was T. Van Boeckhout, secretaris van de gemeente Zemst. Zowel het bouwjaar 1912 als de initialen van de opdrachtgevers (Theodore Van Boeckhout – Serafina Moens) werden verwerkt in de voorgevel. Achteraan ligt een ruime tuin.
Het perceel van Villa Maria was vanaf 1835 samen met het links aanpalende perceel eigendom van de familie Van Boeckhout die 3 generaties lang de gemeentesecretaris van Zemst leverde. Na de dood van Adolph Van Boeckhout in 1875 werd het perceel van Villa Maria van het grotere geheel afgesplitst. Op het kadaster werd deze mutatie in 1876 geregistreerd als een partage in huis en bâtiment rural (eerst stond er magazijn maar dat werd doorstreept en gewijzigd in bâtiment rural) in eigendom van Adolphe Vanboeckhout-Rogemans, weduwe en kinderen, sekretaris Sempst. Eigenaar van het huis (linkerdeel, nu Oud Sempst) werd Paulus Theodoor Van Boeckhout, sekretaris Sempst; het bâtiment rural of rechterdeel dat op dat ogenblik gevoelig vergroot werd (vermoedelijk betrof het een volledige nieuwe bouw) kwam in handen van Elisabeth Celestina Sidonia, rentenierster Sempst. Als jaar van ingebruikname wordt 'meer dan 5 jaar' weergegeven. In de erfenisakte wordt dit deel, het inmiddels verdwenen zogenaamde kleine huis, evenwel omschreven als gebouw dienstig voor wooning met hof. Het was Theodoor Van Boeckhout die na de dood van Sidonia (1907) in 1912 op hetzelfde perceel Villa Maria liet bouwen. Het ontwerp werd opgemaakt door architect Albert Jacobs uit Puurs; de werken werden uitgevoerd door de gebroeders Theodore en Corneel Juliens uit Zemst. De kadastrale registratie van de nieuwe woning gebeurde in 1913.
Villa Maria bleef tot vandaag uitzonderlijk gaaf bewaard. Het betreft een iets achterin gelegen, vrijstaande woning op rechthoekige plattegrond, van drie traveeën en twee bouwlagen onder een kunstleien mansardedak. Het geheel werd opgetrokken uit rode baksteen met speciale aandacht voor de representatieve, asymmetrisch uitgewerkte voorgevel die een kleurig parement kreeg van geglazuurde blauwe en grijze baksteen. De geglazuurde steen was afkomstig uit de fabriek 'Majoliques De Hasselt'.
De nadruk ligt op de middentravee die zich manifesteert als een hoger oplopend risaliet eindigend in een pseudofronton met schouderstukken en bekronende siervaas met piron, waaronder het bouwjaar 1912 werd aangebracht. Het risaliet wordt bekroond door een torentje met uispits en 'donderroeden'.
De muuropeningen zijn overwegend rechthoekig maar licht verschillend uitgewerkt per bouwlaag. De benedenverdieping vertoont links een rechthoekige erker waarbij de vensters worden bekroond door decoratieve panelen, net als de deur rechts die voorzien is van een tegelpaneel in het mijterboogvormige boogveld. De bovenverdieping wordt links gemarkeerd door een deurvenster met een overluifeld balkon boven de erker; het deurvenster heeft een rechthoekig bovenlicht met tussenstijl en neogotische drielobmotieven in de bekroning die wordt afgelijnd door een waterlijst met gestrekte uiteinden. Het balkon is afgezet met een sterk uitgewerkt smeedijzeren hekwerk. Het middenrisaliet wordt ter hoogte van de tweede bouwlaag geopend door een gekoppeld rechthoekig venster met tussenstijl en bekronende oculi. Op de borstwering zijn de monogrammen van de bouwheren weergegeven. Hogerop in het risaliet, ter hoogte van de mansardeverdieping zorgen twee gekoppelde rondboogvensters met tussenstijl voor de verlichting. De vormgeving van het venster boven de deur tenslotte sluit aan bij het deurvenster van het balkon. Boven dit venster staat de naam van de villa. Het verzorgde neogotische schrijnwerk met inbegrip van de rolluiken, bleef integraal bewaard. Verspreid over de gevel werden sterk uitgewerkte sierankers aangebracht. Het geheel wordt afgelijnd door een omlopende houten kroonlijst op voluutconsoles waartussen casementen werden uitgespaard.
De zijgevels en achtergevels werden zoals gebruikelijk sober uitgewerkt en zijn voorzien van eenvoudige rechthoekige vensters. De linkse zijgevel vertoont naast sierankers ook twee schoorsteenaanzetten.
Bewaarde interieurelementen als trap en binnendeuren, plankenvloer, tegelvloeren met ingelegde motieven.
De voortuin wordt langs de straat begrensd door een lage bakstenen muur, deels gecementeerd en deels bekleed met hardsteen. De muur is voorzien van hardstenen dekplaten en wordt geritmeerd door eenvoudige pijlers met daartussen een deels bewaard, deels vervangen ijzeren hek.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Zemst
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa Maria [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306850 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.