is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Verbrand Hof
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Verbrande Hoeve
Deze vaststelling was geldig van tot
Hoeve met losse bestanddelen, zogenaamd Verbrand Hof, waarvan de huidige bebouwing in kern teruggaat tot het tweede kwart van de 18de eeuw. De site bewaart haar historische inplanting, maar de gebouwen ondergingen verbouwingen.
Naar verluidt gaat de locatie terug tot een hoeve die in de loop van de 16de eeuw werd vernield door brand. Nadien werd ze heropgebouwd als een buitenverblijf, omringd door bossen en lusttuinen als de ‘Grote en Kleine Warande’. Een gevelsteen in het woonhuis dateert de bouw omstreeks 1726. Dit wordt bevestigd door kaartmateriaal. Zo is de hoeve op de Villaretkaart (1745-1748) weergegeven als een hoeve met losse bestanddelen, waarbij de gebouwen semigesloten staan opgesteld rondom een vierkant erf. Ten zuiden ervan wordt eveneens een kleinere hoeve met losse bestanddelen weergegeven. Op de Ferrariskaart (1770-1778) worden beide respectievelijk aangeduid als ‘Grande Cense Brulée’ en ‘Petite Cense Brulée’. Op de midden-19de-eeuwse kaarten van Popp en Vandermaelen wordt het ‘Verbrand Hof’ nog steeds weergegeven als een hoeve met losse bestanddelen waarbij de gebouwen in een vierkant zijn opgesteld en de site eveneens bestaat uit twee kleine bijgebouwen ten zuiden en zuidwesten. Het kleine Verbrand Hof is op dat moment niet langer bewaard. Het kadasterarchief registreerde in 1867 de sloop van het westelijke hoevegebouw, toen de site in bezit was van Ferdinandus De Meester – De Tenbroeck. In 1940 werden in het kadaster een ‘regeling van plan’ en ‘grenswijziging’ doorgevoerd, waarbij de intekening van de gebouwen werd genuanceerd en bijvoorbeeld het zuidelijke volume werd verlengd aan de westzijde. De hoeve was toen in het bezit van de familie De Viron – De Meester de Heyndonck. In 1948 werd een wijziging van de gebouwen geregistreerd als ‘herstelling, gedeeltelijke afbraak’. Hierbij verkleinde de noordzijde van het volume ten oosten van het erf.
De hoeve is erg landelijk gelegen en bereikbaar via een dreef en onverharde weg. De toegang tot de hoeve wordt op twee plaatsen geflankeerd door bakstenen hekpijlers onder een piramidale top. De pijlers zijn witgeschilderd op een gepikte plint, met daartussen een ijzeren hek. Het metselwerk van de pijlers die het dichtst bij de weg gelegen zijn, oogt recenter. De pijlers die de effectieve toegang tot het erf markeren, zijn verbonden met een latere ommuring van het erf langs die zijde. De rechterpijler wordt langs rechts geflankeerd door een later toegevoegd muurtje met een gevelniskapel voorzien van een rondbogige bakstenen omlijsting.
De huidige bebouwing wordt gekenmerkt door een U-vormige inplanting rond het rechthoekige erf. Ten zuidwesten bevindt zich de boerenwoning, volgens een gevelsteen gedateerd 1726, uitgebreid ten westen met een stal die dienst doet als garage. Daar tegenover, ten noordoosten, bevindt zich een tweede woonhuis, vermoedelijk voorheen de schuur, zie de verluchtingsgaten in de noordwestelijke gevel. Naar verluidt was dit volume boven de deur gedateerd in 1822. Ten zuidoosten bevindt zich een aangepast, recenter bijgebouw.
De aangepaste gebouwen vertonen een eenheid in hun materiaalgebruik, meer bepaald als verankerde bakstenen volumes, wit geschilderd op een donkere plint, onder pannen zadeldaken. De eenlaagse boerenwoning met verhoogde begane grond, die de oudste kern van de bebouwing vormt, bewaart een kwartronde daklijst en bakstenen vlechtingen in de zijgevel.
Er werd geen toegang verleend tot het erf.
Auteurs: Verhelst, Julie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Hunsberg
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Verbrand Hof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40246 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.