Voorheen kloosterkerk Sint-Barbara of augustijnenkerk. Barok gebouw opgetrokken uit bak- en ijzerzandsteen; werk aangevat in 1656 en beëindigd in 1664-1667. Eénbeukige ruimte van vier traveeën uitlopend op een nauwelijks uitspringend pseudotransept en een ondiep koor geflankeerd door een oostsacristie en lage bijbouwen. Een speels klokkentorentje met knobbelspits bekroont de koorkap. Grote rondboogvensters met uitspringende sluitsteen en waterlijst; ingedrukt kruisribgewelf- op met caissons versierde gordelbogen; eenvoudige en vrij banale opstand in de zijmuren.
Westgevel alleen verrijkt met vrij vlakke, niet gebeeldhouwde, architectonische elementen hoofdzakelijk bestaande uit een traveeënindeling door middel van pilasters opgesteld in kolossale orde (gerestaureerd in 1896); axiaal barokportaal met onvolledig chronogram (jaartal 1724?); groot glasraam onder een hoog gebogen fronton geflankeerd door twee volutes.
Mobilair. Altaren (hoofdaltaar van Averbode door P. Verbruggen, 1651) en biechtstoelen in barok- en Louis XVI-stijl (laatste bij de zuideringang door Vasseur uit Antwerpen, 1798).