Eén van de historische hoeven van Geistingen. Reeds vermeld in 1648 als eigendom van baron de Kerckhem (Grathem).

Na de Franse tijd in het bezit van baron Michiels van Kessenich. Sedert 1801 bewoond door de familie Rutten, en in 1926 aan deze familie verkocht; geboortehuis van Martinus Rutten, bisschop van Luik (1841-1927).

Het is een voormalig omgracht geheel, waarvan de grachten gevoed werden door de Witbeek. Op de Ferrariskaart (1771-77) en in de Atlas van de Buurtwegen (1845) aangeduid als een belangrijke hoeve met losstaande bestanddelen. Dit was ook de vorm die de hoeve tot voor kort had. Recente restauraties en verbouwingen wijzigden grondig het uitzicht, en maakten de hoeve tot een gesloten geheel.

De thans nog oorspronkelijke gedeelten dateren van 1900, toen de hoeve volledig herbouwd werd: ten westen van het erf het woonhuis met voorheen aansluitende stal, ten oosten de langsschuur, ten noordoosten, buiten het erf, het bakhuis. Bakstenen gebouwen van één bouwlaag onder zadeldaken (mechanische pannen). Lisenen en dropmotieven. De oorspronkelijke muuropeningen zijn getoogd. Zijgevels met aandaken, top- en schouderstukken. Het oorspronkelijke woonhuis was een enkelhuis van vijf traveeën. De recente delen - de verbindingen en uitbouwsels tussen en aan beide vleugels - werden opgetrokken in grosso modo dezelfde stijl. Alle delen, behalve de schuur, zijn thans als woning ingericht.