Resultaten erfgoedobjecten

< Ga naar zoekformulier

Resultaten erfgoedobjecten

2040 resultaten


ID: 135238 | Landschappelijk geheel

Kastelensite Zwijnaarde

Eedstraat, Gebuurtestraat, Heistraat, Hutsepotstraat, Kortrijksesteenweg, Pieter Pauwel Rubenslaan, Putstraat, Rijvisschestraat (Gent)
De kastelensite van Zwijnaarde bestaat uit een ensemble van de kastelen Reivissche, Predikherenhof, Nieuwgoed, Puttenhove en De Klosse en het park van de Ghellinck d’Elsegem. Er is een sterke visuele relatie tussen de verschillende sites onderling en via vergezichten en kasteeldreven loopt de architectuur van de gebouwen verder in het landschap. Van de relatief hoge grondwaterstand heeft men in het verleden dankbaar gebruik gemaakt om bij de kasteelsites omgrachtingen, vijvers en waterpartijen aan te leggen. Rondom de kastelen liggen relicten van het oorspronkelijke bulkenlandschap, een door knotwilgenrijen gesloten landbouwgebied waarvan de percelen werden bewerkt in het kader van het wisselstelsel. Nattere delen, in de beekvalleitjes, hebben een meer continu gebruik als grasland gekend. Een aantal kastelen heeft nog een omgrachting als relict van de middeleeuwse site met walgracht.


ID: 20320 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Pastorie Sint-Martinusparochie met tuin

Ekkergemstraat 203 (Gent)
Neogotische pastorie van vier traveeën en twee bouwlagen, uit 1902 naar ontwerp van Modeste De Noyette, met achterliggende tuin. De pastorie wordt van de straat afgescheiden door een voortuintje met ijzeren hek met centrale arduinen rondboogdoorgang met leien schilddak. Langs beide zijden van de voortuin staan éénlagige gekanteelde bijgebouwen.


ID: 18199 | Bouwkundig element

Museum voor Schone Kunsten

Fernand Scribedreef 1, Hofbouwlaan 28-29 (Gent)
Het Museum voor Schone Kunsten werd als museumgebouw opgetrokken van 1898 tot 1904 en is ontworpen door stadsarchitect Charles Van Rysselberghe in een voor die tijd gangbare neoclassicistische stijl met Hellinistisch geïnspireerde voorgevel met klassieke zuilenstelling en attiek. In het vooruitzicht van de Wereldtentoonstelling te Gent in 1913 werd in 1911 reeds een uitbreiding voorzien naar de oorspronkelijke plannen van Van Rysselberghe met twee dwarsvleugels met halfcirkelvormige aanbouwsels en een vleugel aan de Hofbouwlaan.


ID: 18237 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Pastorie Sint-Antonius van Paduaparochie met tuin

Forelstraat 60, 60A (Gent)
Neogotische pastorie opgetrokken als een totaalontwerp met de kerk in 1898-1901, naar ontwerp van architect Geirnaert in een sobere vormgeving eigen aan de late 19de-begin 20ste eeuw als centrum van de nieuwe stadswijk Heirnis. Bakstenen dubbelhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder een tweesnijdend zadeldak belegd met natuurleien, met trapgeveltop boven de linkse drie traveeën. Hoeknis met beeld van Onze-Lieve-Vrouw met kind. Achteraan aansluitend kantoor van de pastoor, opgevat als een éénlaags gebouwtje van één travee met een schilddak. Tussen de pastorie en de kerk sluit een hek de toegang tot de achterliggende tuin af.


ID: 301408 | Bouwkundig element

Ketelpoort, Tavernierstraat, Tiebaertsteeg, Nederkouter en Savaanstraat

Frans Tavernierstraat, Ketelpoort, Nederkouter, Savaanstraat, Tiebaertsteeg (Gent)
Het stadsgezicht omvat de Ketelpoort en Frans Tavernierstraat en een deel van de Tiebaertsteeg, Ketelvest, Savaanstraat en Jeruzalemstraat en wordt doorsneden door een deel van de Nederkouter en wordt voornamelijk gekenmerkt door burgerhuizen.


ID: 19141 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Kartuizerklooster

Fratersplein 9, 9A, Groenebriel 3 (Gent)
Het klooster Sint-Jan in Eremo werd gesticht in 1456 door de fraters van de Derde Orde van Sint-Franciscus. In de 17de eeuw werd het klooster hersteld en uitgebreid: onder prior Justus de Nokere (1651-1661) werd onder andere een nieuwe kapel gebouwd en een afzonderlijke woning voor de prior. In 1797 richtte Lieven Bauwens in het klooster tijdelijk een katoenspinnerij in. In de 19de en 20ste eeuw ondergingen de gebouwen aanpassingen. In 1907 werd aan Groenebriel naar ontwerp van architect V. Vaerewyck een woning gebouwd voor de geestelijke directeur. De huidige plattegrond van het klooster vertoont een ommuurd domein met een in twee verdeelde rechthoekige binnenplaats. Deze binnenplaats is aan noordzijde begrensd door een U-vormig complex. Volgende gebouwen bevatten de oude kern van het voormalige kartuizerklooster: de voormalige woning van de prior, de verbindingsvleugel met de kapel en de kapel.


ID: 301525 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Executieoord

Gefusilleerdenstraat (Gent)
Het executieoord van Oostakker ligt aan een munitiedepot van het Belgisch leger dat in 1938-1939 werd opgericht. Het executieoord werd begin september 1944, tijdens de bevrijding, ontdek. Het raakte vanaf 1945 in de vergetelheid. De oprichting van het herdenkingsoord ging pas van start in 1950. Binnen het herinneringspark werden een praalgraf en een groot altaar opgericht. Tussen 1953 en 1956 werden de bronzen beelden van de Gentse beeldhouwer Geo Vindevogel geplaatst.


ID: 26457 | Bouwkundig element

Parochiekerk Heilige Simon en Heilige Judas Thaddeus met kerkhof

Gentbruggeplein (Gent)
Neogotische basilicale kerk, aan de noord- en oostzijde omgeven door een kerkhof dat zich uitstrekt over een groot gedeelte van Gentbruggekouter, tot de rechter Scheldeoever en de Kerkstraat. Opgetrokken in 1868-1872 naar ontwerp van architect Ferdinand De Noyette. In de kerk bevindt zich een orgel dat waarschijnlijk ontworpen werd door M. Van Peteghem in het midden van de 19de eeuw.


ID: 301349 | Bouwkundig / Landschappelijk element

Omgeving bedevaartsoord Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes

Gentstraat, Groenstraat, Onze Lieve Vrouwdreef, Onze Lieve Vrouwstraat (Gent)
Het bedevaartsoord Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes te Oostakker werd gesticht in 1874 met typisch radiaal geplande aanleg van dreven en halfcirkelvormige ommegang met ten zuiden de neogotische basiliek van 1875-77, ontworpen door Van Hoecke-Peeters.


ID: 19183 | Bouwkundig element

Barok hoekhuis

Gewad 33 (Gent)
Barok hoekhuis, diephuis van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak, met schuin ingeplante zijgevel van twee traveeën, volgens archiefstukken opgetrokken in 1704. Verankerde en bepleisterde baksteenbouw, waarbij de voorgevel is uitgewerkt met een verhoogde halsgevel en de zijgevel als een lijstgevel met een dakvenster met voluutvormige vleugelstukken en een bekronend fronton.