Geografisch thema

Oude Gentstraat

ID
12670
URI
https://id.erfgoed.net/themas/12670

Beschrijving

Straat met geknikt verloop tussen de Karel van Manderstraat ten westen en de Meentakstraat ten oosten. Onderdeel van het tracé van de oude verbindingsweg naar Gent of de "oude Ghendt straete", met sterk verspreide landelijke bebouwing weergegeven op een kaart bij het landboek van 1654-1656. Op de Ferrariskaart (1770-1778) afgebeeld als door bomen omzoomde weg met toegenomen hoevebebouwing met losstaande bestanddelen. Op een kaart uit het leenboek van het leenhof Bosterhout van 1785 wordt de weg "Peperstraete" genoemd naar de gelijknamige heerlijkheid.

In 1826 wordt op de zuidelijke hoek met de Karel van Manderstraat "Verhammes molen" of "Vanhammes molen" opgericht, ook gekend als "Beelkens molen", een stenen graan- en oliemolen die omwille van vervallen toestand in 1901 afgebroken wordt (zie Karel van Manderstraat nummer 54, 56-58).

Op de Atlas der Buurtwegen (1846) gekend onder huidige benaming, ook omschreven als "weg van aen het Kerkhof naer d' hoeve weduwe Christiaens", met aan de westzijde het gehucht de "Lappers" naar de gelijknamige beek die de straat - thans ondergronds - doorkruist. In 1865 laat de Meulebeekse fabrikant Constant Tack een aantal werkmanshuizen in de straat optrekken. Enkele herbergen die op het einde van de 19de eeuw in de straat worden uitgebaat zijn "Karel van Mander" (zie nummer 1) en "De Kiste", later gesloten.

In 1985 sloopt men de hoeve "Van Hauwaert", voorheen eigendom van het Meulebeekse hospitaal (zie Bonestraat) en in 2003 de hoeve "Germonprez" na instorting van de zijgevel van het woonhuis.

Voornamelijk woonfunctie; beperkte agrarische functie; aan de zuidzijde, klein bedrijventerrein dat zich tot tegen de Gentstraat uitstrekt. Westdeel met onderbroken rijbebouwing van een à twee bouwlagen met verspringende rooilijn; oostdeel aansluitend bij het landelijke gebied met verspreide hoeves met losstaande bakstenen bestanddelen onder pannen zadeldak.

Nummer 34, hoeve aan de straat, waarvan het woonhuis op het primitief kadasterplan (ca. 1830) weergegeven wordt, later aangepast en in de jaren 1970 uitgebreid en voorzien van nieuwe bijgebouwen na afbraak van de oude. Erftoegang via bakstenen pijlers en ijzeren hek; haag aan de straat. Eenlagig woonhuis onder zadeldak (nok evenwijdig met straat; Vlaamse pannen) met verankerd bakstenen parement, hoge gecementeerde plint, vlechtingen in linkerzijgevel, gewijzigde muuropeningen onder latei en beglaasd houten kapelletje aan de gevel; klein stalletje tegen westgevel. Achterliggende, haakse bakstenen schuurstalvleugel en grote loods.

Resterende 19de- of begin 20ste-eeuwse, veelal gerenoveerde, eenlaagsbebouwing met verankerd bakstenen parement onder pannen zadel- of mansardedaken (nok evenwijdig met straat), onder meer nummer 69 met overhoekse muizentandfries. Nummer 1/ Karel van Manderstraat, voormalig café "Karel van Mander" met jaartal "1886" in zwarte baksteen in top van zijpuntgevel, uitgebaat tot 1965. Hoekpand met afgeschuinde (voormalige deur)travee onder schilddak (Vlaamse pannen), in het derde kwart van de 20ste eeuw verbouwd met onder meer geelsierstenen parement, gewijzigde muuropeningen en natuurstenen of simili plint, dorpels, vensterpenanten en ruitvormige gevelstenen met klaverbladmotief.

Enkele eenlaagswoningen met witgeschilderd parement. Nummer 10, half vrijstaand onder mansardedak (Vlaams en mechanische pannen) met gewijzigde muuropeningen en betegeld stoepje. Veelal met gecementeerd parement voorzien van schijnvoegwerk, onder meer enkele werkmanshuizen in 1865 door fabrikant Constant Tack opgericht. Nummer 6 met geïncorporeerde kapel (zie zonder nummer). Nummer 13 later verhoogd met een bouwlaag; gewijzigde muuropeningen en recent geïncorporeerde autobergplaats. Nummers 39-41-43-45; nummer 39 gerenoveerd; nummer 41 met gewijzigde muuropeningen; nummer 43 onder zadeldak met Vlaamse pannen; diamantkopsluitstenen boven segmentboogopeningen en bewaarde luikduimen; nummer 45 verhoogd met een bouwlaag; beglaasd houten kapelletje waarin beeldje van Onze-Lieve-Vrouw met Kind tegen zijgevel. Nummers 63-65, gebouwd in 1873 en uitgebreid tot tweewoonst in 1929, met segmentboogopeningen, bewaarde luikduimen en aangelegde voortuintjes; nummer 63 met toegangshekje tussen betonnen pijlers.

Tevens restanten van voormalige tweewoonsten. Nummer 32, reeds weergegeven op primitief kadasterplan met als toenmalige eigenaar Joseph Goethals, olieslager uit Meulebeke, die tevens onder meer een brouwerij in de Hoogstraat bezit en de oliemolen op de hoek van de Tieltstraat en de Schutterijstraat (zie onder meer Aststraat nummer 4, Goethalsplaats nummer 16 en Heirentstraat nummer 6); langgestrekt woonhuis onder zadeldak met Vlaamse pannen; beluikte muuropeningen met roedeverdeling en vernieuwde zijgevel. Nummer 38, dubbelhuis met opkamertravee, witgekalkt en verankerd parement met zwartgeschilderde plint, segmentboogopeningen (onder meer keldervenstertje) en laag omhaagde voortuin met in de hoek een kleine rotskapel, waarin beeldje van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes.

Nummer 7, kleine villa van de jaren 1950 met aanpalend bedrijfsgebouw van voormalige koffiebranderij "Suprakoffie", in werking van ca. 1940 tot 1982. Gecementeerde baksteenbouw met schijnvoegwerk, poort waarboven beglaasde spitsboognis in gecementeerde omlijsting met beeldje van Sint-Antonius met Kind en blind paneel met verdwenen opschrift.

Eenheidsbebouwing van gekoppelde of aaneengesloten eengezinswoningen met voortuintjes en geïncorporeerde of in lage aanbouwen ondergebrachte autobergplaats, daterend uit het derde kwart van de 20ste eeuw.

Aanvullende, vrijstaande eengezinswoningen daterend uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Nummer 70 in historiserende bouwstijl van twee bouwlagen onder hoog schilddak (leien) met grote aangelegde, omhaagde tuin, toegang via natuurstenen pijlers waartussen ijzeren hek, gebouwd in 1970 naar ontwerp van architect J. Vanquathem (Oostrozebeke). Nummer 40, een in 1993 verbouwd en uitgebreid bestaand woonhuis met volumespel onder lessenaar- en plat dak (daktegels) en bekleding in grijze gevelsteen.

  • Gemeentearchief Meulebeke, Bouwaanvragen, 1969/39.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207 : Mutatieschetsen, Meulebeke, Afdeling 2, 1865/9, 1873/8, 1874/10, 1929/70, 1932/70, 1965/5, 1970/43, 1973/21, 1993/19.
  • BAERT G., Van aubergien, lantsherberghskens en brandewijnhuysen te Meulebeke, in De Roede van Tielt, jg. 18, nummer 4, 1987, p. 87.
  • BOUCKHUYT L., De kapellekensbaan, een inventaris van de Meulebeekse veldkapellen, Meulebeke, 1994, p. 163.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel IX, Brugge, 1929, kolom 296.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel XI, Brugge, 1930, kolom 1136.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel XII, Brugge, 1931, kolom 596.
  • DENEWET L.; GOEMINNE L., Molenmakers in Vlaanderen. Het werkboek van Coussée uit Meulebeke, in Molenecho's Vlaams tijdschrift voor molinologie, jg. 22, nummer 3-4, 1994, p. 274-277.
  • GERMONPREZ R., Het boek van Meulebeke, Meulebeke, 1982, p. 252-253.
  • HOUTHOOFD G.; DENEWET L.; BAERT G., De windmolens van Meulebeke, Meulebeke, 1994, p. 27.
  • MAES F., Toponymie van Meulebeke t.e.m. 1700, onuitgegeven licentiaatverhandeling, Universiteit Gent, 1998-1999, p. 9, 24, 117, 124.
  • VANNESTE H., Het andere Meulebeke, Een getekende terugblik, Meulebeke, 2007, p. 53-54.
  • VANNESTE H., Meulebeke, in HOLLEVOET F. e.a., Als straten gaan… praten. De roede van Tielt, Tielt, 2005, p. 97.

Bron: CALLAERT G. met medewerking van BOONE B. & MOEYKENS S. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Meulebeke, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL38, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Sint-Jozefskapel opgericht in 1858

  • Is deel van
    Meulebeke


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Oude Gentstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/12670 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.