Tijdens de archeologische werfbegeleiding werden de archeologische resten aangetroffen van een vroegere bouwfase van het kasteel en van de herinrichting van het kasteeldomein op het einde van de 18de en in de 19de eeuw. De aangetroffen muren en/of hun fundering en het restant van de vloer van de koer van het opperhof stemmen overeen met de situatie zoals die zichtbaar is op de gravure van de Corswarem uit het
begin van de 19de eeuw, die een uitstekende iconografische bron van het kasteeldomein vormt, en de situatie op het Primitief inplantingsplan (ca. 1830). Muur S5 is als kademuur aan te duiden en maakt aansluiting vanaf de brug tussen de binnenkoer van het opperhof en de donjon in het westen en een gebouwenvleugel in het oosten.
De muren S6, S7, S9, en vermoedelijk ook S15 zijn tegen kademuur S5 aan gebouwd en stemmen overeen met deze oostelijke gebouwvleugel, die ook zichtbaar is op de 18de- en 19de-eeuwse plannen. De exacte ouderdom van de muren is echter niet bekend. Ook de aanzet van de brug tussen de binnenkoer van het opperhof en de donjon bleef bewaard. Vermoedelijk maakte ook muurfragment S14 deel uit van deze brug. Op basis van de beschikbare archeologische en iconografische gegevens kan verder worden aangenomen dat het kasteeldomein, samenhangend met een algemene trend vanaf het einde van de 18de eeuw, werd ingericht volgens het principe van een Engelse Tuin of landschapspark. Hierbij bleven waterpartijen van belang, maar in tegenstelling tot de 17de- en 18de-eeuwse Franse tuinen, dienden deze er als het ware van nature in thuis te horen. Meren met
onregelmatige oevers en ‘niet gekanaliseerde’ beken zijn belangrijke ingrediënten in de nieuwe landschapsstijl. Laag S3 kan aan de gedempte vulling van één van deze ‘landschapsvijvers’ gekoppeld worden. Deze werd vermoedelijk reeds in de tweede helft van de 19de eeuw gedempt. Terwijl de waterpartij ten zuiden van de werkput op iconografische bronnen van het midden van de 19de eeuw nog duidelijk zichtbaar is, toont een gravure van
Vasseur uit 1870-1878 een gedempte vijver ten zuiden van het kasteel.
Het aardewerk uit de vulling van S3 dateert deze enerzijds in de loop van de 17de eeuw, wanneer een gedraaide standring meer en meer wordt toegepast. Anderzijds is er in deze context ook industrieel wit aardewerk aanwezig, dat op basis van het baksel pas na 1800 te dateren is. De vondsten tonen zo vermoedelijk enerzijds het moment van de demping van de vijver aan. Anderzijds zit er ook ouder vondstmateriaal uit de oorspronkelijke grachtvulling in vermengd, of uit de grond die gebruikt werd om een deel van de gracht te dempen, en mogelijk van elders werd aangevoerd.
Bron: Vanaenrode W., I. Van de Staey & E. Wesemael 2021: Eindverslag Diepenbeek, Kasteel – Opgraving naar aanleiding van de herprofilering van een slotgracht, Tongeren.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: ARON bvba
Is deel van
Kasteel van Diepenbeek
Is deel van
Park van het kasteel van Diepenbeek
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Slotgracht [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/983171 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.