Tijdens rioleringswerken werden het restanten van de Vaubanmuur ontdekt. De vondsten werden gemeld aan het agentschap Onroerend Erfgoed. Een archeoloog kwam ter plaatse en registreerde de fragmenten.
De eerste vondst gebeurde ter hoogte van Pennestraat 6.
De NO-ZW gerichte muur was opgebouwd uit rode baksteen ( 23 x 11 x 5.5 à 6; 24 x 12 x 5 cm). De fundering bestond uit Avenderkalksteen. De muur was 3,12 m breed en trapvormig uitgewerkt.
De tweede vondst gebeurde van Kalfvaart 19 naar aanleiding van de bouw van een overstort. Op 5 m diepte werd een NW-ZO gericht muurfragment van 1,9 à 2 m breed aangetroffen. Het parement was met gele baksteen vervangen en verstevigd, wat opnieuw als een Hollandse ingreep wordt gezien.
Beide muren vormden buiten de rioleringssleuf de hoek van een driehoekig bastion, dat deel uitmaakt van het hoornwerk van Torhout.