18de-eeuwse hoeve met oudere oorsprong gelegen ten noorden van de weg en bereikbaar via een deels behouden dreef vertrekkend in de bocht van de straat. De benaming wijst op het bestaan van een duiventoren (vleugh of vloghe) in de domaniale periode. Voormalige abdijhoeve van de abdij van Terkameren bij Brussel. Tijdens de Franse Revolutie verkocht als zwart goed, kende de hoeve nadien verschillende eigenaars. Heden leegstaande gebouwen gelegen in een jachtgebied, op het gewestplan aangeduid als industriezone. In zijn huidige vorm gesloten hoeve opklimmend tot de 18de eeuw, met woonhuis van 1783 (deuromlijsting).
Verankerde baksteenbouw met muurvlechtingen en diverse sporen van zandsteen (voornamelijk omlijstingen) van één bouwlaag onder zadeldaken (Vlaamse pannen) met aandaken. Woonhuis ten westen, haaks aansluitende stalling ten zuiden en schuur (parallel aan het woonhuis) ten oosten van een overwoekerd rechthoekig erf; aan de noordzijde wordt deze aarden binnenplaats afgesloten door een vervallen muur, een rest van een gesloopte stalling. Toegang ten zuiden, tussen de stalling en de schuur, in de as van de dreef: rondbogige doorgang op zandstenen pilasters.
Woonhuis van zeven traveeën volledig onderkelderd aan zuidzijde (zie opkamervensters). Oostelijke en westelijke lijstgevels respectievelijk op arduinen en zandstenen plint. Steekbogige, in de achtergevel betraliede, muuropeningen in arduinen omlijsting met kwarthol beloop en sluitsteen, deuren met betralied bovenlicht en in voorgevel het jaartal 1783 (sluitsteen). Beide gevels met keldervensters in geprofileerde zandstenen omlijstingen in twee zuidelijke traveeën. Vernieuwde dakvensters. Noordelijke puntgevel met muurvlechtingen en sporen van zandsteen (hoek- en negblokken).
Meermaals aangepaste stalling; oostelijke puntgevel op zandstenen schouderstukken, steekboogluik in zandstenen omlijsting en oculus in top. Noordelijke lijstgevel met behouden korfboogdeur en flankerende rechthoekige venstertjes in zandstenen omlijstingen. Interieur met troggewelven (westelijk deel).
Monumentale, oorspronkelijk éénbeukige, mogelijk sinds 1783 (zie woonhuis) tweebeukige langsschuur van vier traveeën met ten noorden smaller en iets lager aanbouwsel van twee traveeën en twee bouwlagen. Noordelijke en zuidelijke puntgevels met gedrukte rondboogpoorten in natuurstenen omlijsting en gedichte oculi. Westgevel met korfboogdeur in hardstenen en steekbogige vensters in geprofileerde zandstenen omlijsting. Noordelijk aanbouwsel met gedichte rondbogen en rechthoekig luik met zandstenen negblokken, voorts latere rechthoekige muuropeningen.
Interieur van de schuur met bakstenen zuilen op vierkante sokkel, eiken timmerwerk met diverse graffiti uit de 19de eeuw.
- Gegevens verstrekt door H. Lejon.