Beschrijving
De neogotische pastorie uit 1902 van de Sint-Martinusparochie te Gent, is beschermd als monument met inbegrip van de tuin.
Waarden
Pastorie Sint-Martinus met tuin is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
historische waarde
in casu architectuurhistorische waarde: De architectuurhistorische waarde ligt in de evolutie van de typologie van de pastorie: van éénlaags gebouw naar tweelaags gebouw rond het midden van de 18de eeuw, van 18de-eeuws dubbelhuis naar huis met T-structuur in het midden van de 19de eeuw. De aanwezigheid van structurele oudere onderdelen - wat zeer uitzonderlijk is - wijst op een bouwgeschiedenis voorafgaand aan de momenteel zichtbare fases. De (tuin) historische waarde ligt in de onverbrekelijke band tussen pastorie en tuin. De zelfvoorzienigheid van de pastoor uitte zich in zowel een sier- als nutstuin. De aanleg is steeds zeer representatief voor de evolutie van formele naar landschappelijke tuin welke in deze periode plaatsvindt. Verschillende tuinen hebben wetenschappelijke waarde meer bepaald dendrologische waarde door hun bijzondere bomenbestand.
Pastorie opgetrokken door M. De Noyette in zijn typische pittoreske en kleurrijke neogotische stijl. Pand met voor de periode typisch plattegrond met T-structuur.
historische waarde
De historische waarde van de pastorie bestaat uit de kerkelijke verplichting aan de pastoor om na een benoeming op zijn beneficie te gaan wonen. Die verplichting wordt geconcretiseerd na het concilie van Trente waardoor in het begin van de 17de eeuw verschillende pastorieën werden gebouwd.
Na de seculiere wet van 25 september 1769 worden de pastorieën door de tiendenheffers opgericht onder druk van de politieke overheid.
De 19de-eeuwse pastorie, opgetrokken door de gemeente, is het gevolg van het Concordaat van 1801.
Pastorie opgetrokken in 1902 op de plaats waar vermoedelijk sinds 1381 het 'Kluis van Ekkergem' was gelegen. De pastorie werd opgetrokken door M. De Noyette die in dezelfde periode ook de kerk restaureerde.
sociaal-culturele waarde
De pastorie behoort samen met de kerk en soms het klooster tot het religieuze centrum van een parochie. Samen met het gemeentehuis en de dorpsschool behoort dat religieuze centrum tot de historisch gegroeide Vlaamse dorpskern en het collectieve geheugen van de dorpsgemeenschap.
Een typisch laat 19de-eeuws / begin 20ste-eeuws fenomeen is de doelgerichte stedenbouwkundige ontwikkeling van een wijk of gehucht waarbij de kerk, pastorie, klooster en zondagsschool het centrum vormen waarrond de ontwikkeling plaatsvindt.
artistieke waarde
De artistieke waarde van de pastorie bestaat uit het steeds zeer consequent toepassen van de meest moderne structuur, constructie, decoratie en (tuin)aanleg eigen aan de bouwperiode van het pand (van rococo tot neostijlen). Getuige niet enkel de authentiek bewaarde 18de-eeuwse interieurs maar tevens de kwaliteitsvolle herinrichtingen in de 19de eeuw.
De pastorie werd meestal opgetrokken door architecten verbonden aan de tiendenheffer (pré-Franse Revolutie) of een toonaangevende architect in de voor hun representatieve vormentaal.
Schoolvoorbeeld van de aan De Noyette eigen pittoreske late neogotiek met een rijke en uitermate kwalitatieve vormentaal en kleurgebruik. Integraal bewaarde pastorie uit het begin van de 20ste eeuw met behoud van exterieur (inclusief omheining en toegangspoortje, tuinmuur, ... ) en interieur met tapijttegelvloeren, sliptegels, binnen- en buitenschrijnwerk, glas in lood, gebrandschilderd glas, schouwlichamen, hang- en sluitwerk, plafonddecoratie, trappen, lambrisering, ...