Beschrijving
Het bakoven met bakhuis in vakwerkbouw in Brakel is beschermd als monument.
Waarden
Het monument bakoven met bakhuis in vakwerkbouw in Brakel is van algemeen belang wegens de volgende erfgoedwaarden:
architecturale waarde
Bakovens van het samengestelde type kenden in Vlaanderen de grootste verspreiding. De bakoven van de kleine hoeve Trimpont 14 in Brakel is representatief voor het kleinschalige agrarisch erfgoed in de Vlaamse Ardennen, omdat hier bijna elke hoeve een bakoven bezat. Het omringende landschap leverde immers de brandstof voor de broodoven. Kenmerkend voor de hoeveconfiguratie in Vlaanderen is ook de geïsoleerde ligging van het bakhuis omwille van het brandgevaar. Zeldzamer is daarentegen de verlenging van het bakhuis met een kleine varkensstal. In het interieur van het bakhuis wijst ook de aanwezigheid van twee schouwen op de combinatie bakoven-varkensstal.
Vrijstaande bakovens vormen erg herkenbare gebouwtjes binnen de traditionele hoeveconfiguratie. Naast de inplanting op enige afstand van de overige gebouwen, is ook het silhouet van de bakoven van de kleine hoeve Trimpont 14 in Brakel erg herkenbaar. Zeker bij bakovens van het samengestelde type weerspiegelt het exterieur de functies. Het hogere bakhuis herkent men aan de toegangsdeur en de schoorsteen op het dak. Hier werd na de bereiding het brooddeeg in de heet gestookte oven geschoven. Het gesloten en lage bakovengebouwtje, steeds volledig in baksten opgetrokken en verstevigd met zware muurankers, omsluit dan weer de eigenlijke broodoven.
Erg uitzonderlijk op Vlaams niveau zijn bakovens die gedeeltelijk in vakwerkbouw zijn opgetrokken. Traditioneel werd deze bouwtechniek in gebieden met hoeves in vakwerkbouw soms ook toegepast voor bakovens. Het gebruik van vakwerkbouw voor bakovens is in West- en Oost-Vlaanderen vooral bekend in het Poperingse en in de Vlaamse Ardennen. Bakovens in vakwerkbouw kwamen in deze gebieden waarschijnlijk meer voor, maar ondergingen in de loop van de 18de en de 19de een verstening of zelfs totale herbouw. Kenmerkend voor deze provincies is dat enkel de langsgevels van het bakhuis in stijl- en regelwerk zijn opgetrokken.
De combinatie baksteenmetselwerk-vakwerkbouw is goed bewaard bij de bakoven van deze kleine hoeve. De langsgevels van het bakhuis bewaren het stijl- en regelwerk en ook de leemvullingen met vitswerk. De verstening bleef beperkt tot de varkensstal. Dit is uitzonderlijk: ook in het Poperingse en in de Vlaamse Ardennen zijn er door het arbeidsintensieve onderhoud van stijl- en regelwerk en de teloorgang van vakmanschap slechts enkele gaaf bewaarde voorbeelden van dit type bakoven bewaard.
historische waarde
De gaaf bewaarde bakoven van de kleine hoeve Trimpont 14 in Brakel vormt een representatieve getuige van de landbouwgeschiedenis in Vlaanderen. Op het platteland werd er immers tot aan het begin van de 20ste eeuw thuis of op de hoeve gebakken waardoor zowel grote als kleine hoeves traditioneel over een oude bakoven beschikten, Bij deze deels in vakwerkbouw opgetrokken bakoven is de samenhang met het omliggende landschap erg hoog. Voor de bouwmaterialen werd vroeger in de eerste plaats de natuurlijke omgeving benut: de leem voor de leemvullingen, en mogelijk ook de klei voor de handgevormde baksteen, werd lokaal gewonnen. Daarnaast bestaat er ook een verband tussen het landschap van de Vlaamse Ardennen - en meer bepaald dat van Trimpontbos - met zijn vele knotbomen en houtkanten en de vroeger ruime verspreiding van bakovens in dit gebied: gedroogd, klein snoeihout vormde immers de brandstof voor de broodoven.