Beschrijving
Deze bescherming betreft woning Burssens met achterliggend museumgebouw en tuin (volledig perceel), alsook de bijhorende cultuurgoederen.
Waarden
De woning Burssens met achterliggend museumgebouw en tuin is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
artistieke waarde
Woning Burssens ontstond vanuit een totaalvisie op het ontwerp. De artistieke waarde is
enerzijds gelegen in het architectuurontwerp, dat door het materiaalgebruik en de
vormgeving van bijvoorbeeld de schouw, een sculpturaal karakter krijgt. Daarnaast is ze ook
sterk aanwezig in - en in de relatie tot - het interieur: de dynamische planindeling en de
weloverwogen aankleding met vast en los houten meubilair naar ontwerp van Craet en
vervaardigd door de gerenommeerde firma Van den Berghe-Pauvers. Het meubilair draagt
bij tot de hoge ensemblewaarde van het ontwerp en is representatief voor de ontwikkelingen
in de moderne binnenhuiskunst in Gent tijdens de jaren 1950, die een grote impact hadden
op Vlaams niveau. Craets uitgezuiverde en versoberde vormgeving sluit aan bij de stijl die de
firma Van den Berghe-Pauvers op dat moment vertegenwoordigde en integreert het meubilair
in de architectuur. De gaafheid van het meubelensemble is opvallend, en combineert typische
elementen uit Craets praktijk (de doorgeefkast en ingemaakte kasten), met unieke ontwerpen
voor deze woning (het dressoir). De vormgeving van het meubilair en details zoals de
schuifdeurtjes met driehoekige, gestroomlijnde handvatten, vertonen opvallende
gelijkenissen met internationale voorbeelden van dat moment, zoals het werk van Charlotte
Perriand voor de keukens in Unité d'Habitation van Le Corbusier. Daarnaast getuigen ze van
een unieke, persoonlijke interpretatie door Craet en Burssens van het naoorlogse
modernisme.
De artistieke hand van vormgeefster Frida Burssens op het vlak van de polychrome afwerking
in het interieur en exterieur, verleent de woning en het museumgebouw een uniek karakter.
Het kleurenpalet refereert naar 'De Stijl' van Piet Mondriaan, en combineert in hoofdzaak
primaire kleuren als accenten, met wit, grijs en zwart voor onder meer de algemene afwerking
van het exterieur. Woning Burssens is een representatief voorbeeld van Frida Burssens'
kleurentheorie, die tot doel had een aangenaam woonklimaat te creëren voor de bewoner op
materieel én psychologisch vlak, afgewogen op basis van en in dialoog met elementen als het
klimaat, het natuurlijk licht, het meubilair en de voorkeuren van de bewoner.
architecturale waarde
Woning Burssens, gebouwd naar een ontwerp van 1955 en uitgebreid in 1959 met een
museumgebouwtje achteraan in de tuin, kan beschouwd worden als een zeer gaaf bewaard
en vroeg voorbeeld binnen het (Gentse) oeuvre van architect Daniël Craet. Zijn ontwerpen
werden als een totaalconcept opgevat en gerealiseerd in samenwerking met zijn echtgenote
Frida Burssens, die als vormgeefster vooral betrokken was bij het ontwerp van
interieurelementen en kleurenschema's voor de afwerking. Woning Burssens is eveneens
representatief voor de nationale ontwikkelingen in de residentiële architectuur tijdens de
vroege naoorlogse periode en past zich in binnen een internationale stroming die zich liet
inspireren door de Scandinavische moderne architectuur.
Afgestudeerd als architect aan Sint-Lucas in Gent in 1951, bouwde Daniël Craet vanaf 1954
een omvangrijk oeuvre uit. De ontwerpen uit de tweede helft van de jaren 1950
concentreerden zich in Mariakerke bij Gent, met in 1955 een relatief groot aantal realisaties,
waaronder - naast Woning Burssens - ook zijn eigen woning, de kunstenaarswoning van zijn
schoonbroer Jan Burssens, en meerdere ontwerpen in de aanpalende modelverkaveling aan
de Korte Rijakkerstraat, evenals in de omliggende straten. Woning Burssens representeert de
vormelijke karakteristieken van het (vroege) oeuvre van architect Craet, dat getuigt van een
getemperd modernisme naar Noord-Europees model. Kenmerkend hiervoor zijn onder meer
een eerlijk en logisch gebruik van lokale materialen en het inspelen op de karakteristieken
van het terrein en de oriëntatie, met aandacht voor de privacy en de woonkwaliteit van de
bewoners. Deze aandachtspunten worden ook versterkt door het groenscherm aan de
straatzijde van het perceel en de relatie tussen het interieur en de omliggende tuin, die getuigt
van een organisch karakter. Het exterieur, bepaald door een spel van gesloten en geopende
gevelvlakken, vormt een eerlijke vertaling van de algemene planindeling, die is opgebouwd
uit split-levels. De vormgeving en het materiaalgebruik van de villa zijn uiterst representatief
voor de ontwerpen van Craet: een asymmetrisch volume onder een lessenaarsdak,
uitgevoerd in (witgeschilderde) baksteen, verlevendigd met zichtbaar, ruw
baksteenmetselwerk, houten beplankingen en donker geschilderd schrijnwerk en plint.
Typische ontwerpdetails, zoals het stalen schrijnwerk, een luikje voor de voormalige
afvalkoker en de metalen klink van de garagepoort, zijn bewaard. Ook het achterliggend
museumgebouwtje getuigt van een moderne, eigentijdse vormgeving en een gelijkaardig
materiaalgebruik.