De site met tuin kon niet bezocht worden. Een beschrijving van de gebouwen gebeurde aan de hand van oude foto's en aan de hand van kaartenmateriaal.
Locatie van het zogenaamde "Hooghuis". In 1100 als een afhankelijkheid van de abdij van Oudenburg opgericht op een hoogte, vandaar de naam hooghuis. Oudst gekende weergave van de site op de kaart van Pieter Pourbus (1571) en gekopieerd door Pieter Claeissens (1601) met een stenen woonhuis en een bijgebouw. Het gebouw werd in 1634 heropgebouwd. In de 18de eeuw werd het huis als boerderij verkocht aan Filippus Cornillie. Volgens het kadaster werd het huis herbouwd circa 1935. In het landboek van 1666 omschreven als "5 gemeten 40 roeden lants synde dhof daer Jan Claeys woont met nogh een ronde hooge mote met daerby diversche stusckens tusschen beede ende een ronden crommen chyngel ront deselve mote...".
Op de kaart van Ferraris (1770-1178) aangeduid met de naam "cte. Hoogh huys" en weergave van een site met een typische opper- en neerhofstructuur. De site was toegankelijk via een toegangsdreef afgezoomd met bomen beginnend bij de Stationsstraat. Op het neerhof bevonden zich twee losse bestanddelen met een rechthoekige plattegrond. Op het opperhof bevond zich een groter volume met een T-vormige plattegrond binnen een omwalling. Op het neerhof bevindt zich een boomgaard. De omwalling loopt verder door in de tuin en wordt geïntegreerd in de tuinaanleg.
Op het primitief kadasterplan van circa 1835 weergave van de site, toegankelijk van aan de Stationsstraat. Op het neerhof bevonden zich twee vrijstaande gebouwen met een rechthoekige plattegrond. Binnen de omwalling, waar het opperhof te situeren is, bevindt zich een volume op onregelmatige plattegrond. Hendrik Cornellie wordt als eigenaar vermeld. Volgens het kadaster wordt in 1886 in opdracht van de toenmalige eigenaars Karel, Isabelle, Louisa en Sophia Cornellie, landbouwers uit Eernegem een landgebouw afgebroken. Volgens het kadaster ligt het woonhuis sinds 1920 in puin. Op oude foto's zien we de ruïneuze toestand van het gebouw.
In 1935 wordt in opdracht van de toenmalige eigenaar Alidoor Roelens-Hubrecht, oprichter van de olieslagerij Roelens en mede-oprichter van de conservenfabriek Alibel, het woonhuis volledig heropgebouwd. De bijgebouwen worden afgebroken.
Het heropgebouwde volume wordt gedateerd door middel van jaarankers 1643. Breedhuis met enkelhuisopstand van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak. Verankerde baksteenbouw opengewerkt met rechthoekige muuropeningen gevat in een korfboognis met afgeschuinde dagkanten.
Spitsboogvormige deur met afgeschuinde dagkanten. De zijpuntgevel is voorzien van rechthoekige vensteropeningen met afgeschuinde dagkanten, op de verhoogde begane grond gevat in een korfboognis, op de eerste verdieping gekoppelde rondboogjes en in de top een rechthoekig venster in korfboognis (beschrijving gemaakt op basis van de bouwplannen).
Archief Ruimte en Erfgoed, Afdeling West-Vlaanderen, Fotoarchief.
Bron: GILTÉ S. & VANNESTE P. met medewerking van BAERT S., BOONE B. & VRANCKX M. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Ichtegem, Deelgemeenten Bekegem en Eernegem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL48, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanneste, Pol; Gilté, Stefanie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)