Deze twee woningen werden samen met het ondertussen verbouwde nummer 58 ontworpen door architect Antoine Feyt in opdracht van de Société Anonyme du Sud d'Anvers.
In 1878 nam de maatschappij het initiatief om voor eigen rekening 51 burgerwoningen te laten bouwen in de straten gelegen rond de Marnixplaats. Dit om de verkoop van de nog grotendeels lege percelen te promoten en tevens om woningen te bouwen in de stijl die de maatschappij voorop stelde voor het Zuid. Hiervoor werkte de maatschappij samen met een reeks aannemers en architecten, die in ruil voor de opdracht moesten investeren in de aankoop van de gronden. Feyt diende in 1879 een bouwaanvraag in voor twee sets van drie woningen, aan beide zijden van de Scheldestraat.
De drie woningen aan de even zijde van de Scheldestraat, waarvan 56 oorspronkelijk de hoogste, centrale woning geflankeerd tussen twee identieke burgerhuizen van drie bouwlagen, kregen een eenvoudige neoclassicistische vormgeving. Het zijn net als de andere modelwoningen van de Société, enkelhuizen van drie traveeën en drie bouwlagen op laag souterrain, gevat onder zadeldaken en voorzien van een lijstgevel met hardstenen plint en kroonlijst op klossen en modillons. De centrale woning kreeg het meest uitgewerkte parement, bestaande uit witte geglazuurde baksteen met gestucte imitatiebossage en speklagen. De centrale travee is als risaliet uitgewerkt, geaccentueerd door imitatiebosssage, balkon, deurvenster met entablement. Rechthoekige muuropeningen met bewaard schrijnwerk: deels beglaasde en van siertraliewerk voorziene voordeur, T-ramen in de vensters. De flankerende woningen hadden oorspronkelijk een iets lagere kroonlijsthoogte; de vierde bouwlaag werd later toegevoegd bij nummer 54. De woningen kregen een standaard neoclassicistische afwerking, typerend voor het Zuid, met imitatievoegen op de begane grond, centraal balkon met ijzeren leuning, regelmatig geplaatste rechthoekige muuropeningen in omlijstingen, kordons en doorlopende onderdorpels.
Achter nummer 54, bouw van een meubelmagazijn in 1911 voor toenmalige eigenaar M. Boyens; baksteenbouw van twee bouwlagen en twee traveeën onder plat dak; eenvoudige gevel met speklagen, getoogde muuropeningen. Tegenover dit ensemble, zijn twee woningen van het andere trio modelwoningen bewaard.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1879 # 884, 1911 # 1229.
- PRIMS L. & DE MEYER R. 1993: Het Zuid (Antwerpen 1875-1890). Architectuur & maatschappij, Antwerpen, 62-68.