Resten van het waterslot van prins-bisschop Erard van der Marck (1515).
Na verwoesting van de grafelijke burcht te Borgloon in 1232, werd Kuringen als verblijfplaats door de graven van Loon gekozen. De eerste burcht, gelegen op deze plaats werd circa 1240 gebouwd. De graven van Loon verbleven hier tot 1366, en toen het graafschap Loon bij Luik gevoegd werd, hield de leenzaal van het graafschap er haar zittingen, tot 1584. In 1486 werd de burcht door Ghijs van Kanne, aanhanger van Willem van der Marck, verwoest. In 1515 bouwde Erard van der Marck op dezelfde plaats een waterkasteel. Tijdens de 17de eeuw raakte dit kasteel in verval, tot de Horion er in 1670 de nodige herstellingen liet aan uitvoeren, en de leenzaal er terug haar intrek in nam. Tijdens de Franse bezetting in 1688 werden twee hoektorens vernield en begon de aftakeling, uitlopend op de afbraak in 1742 door Jacob Minten, die met de bouwmaterialen van het kasteel de Broekermolen te Hasselt verbouwde (afgebroken in 1921). Onder het Frans bewind werd wat er nog reste als kroondomein verkocht.
In zijn huidige vorm een omgrachte, ovale terp; de onderbouw van twee ronde, bakstenen hoektorens bleef bewaard; de oosttoren werd in 1912 voorzien van een bovenbouw en geïntegreerd in een kasteeltje in neorenaissance-stijl, gebouwd naar ontwerp van architect Minnaert.
BUSSELS M., De burcht van Kuringen, Kuringen, 1967. CLAASSE A., Van Mottoren tot Kasteel, Publicaties van het Provinciaal Gallo-Romeins Museum, 14, 1970, p. 68.
DANIELS P., Le château de Curange, in Verzamelde opstellen, uitgegeven door de geschied- en oudheidkundige kring van Hasselt, I, 1923, p. 19-24.
DE BORMAN C., Le château de Curange, Liège, 1863.
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n1 (A-Ha), Brussel - Gent. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)