erfgoedobject

Eclectisch burgerhuis

bouwkundig element
ID
304927
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304927

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Eclectisch burgerhuis
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Burgerhuis in eclectische stijl, in 1907 opgetrokken voor de in Merksem gevestigde 'herbergier' Pieter-Jan Struyck-De Beer, later ingeschreven als ‘schipper’ die volgens mondelinge bronnen in dienst was bij de Red Star Line. Het oorspronkelijke bouwplan is niet bewaard, waardoor de ontwerper onbekend is. Volgens de kadastrale bronnen werd het woonhuis door de volgende eigenaar Robert Allison-De Pau, 'marine-ingenieur', achteraan uitgebreid.

Het burgerhuis behoort tot de oudste gebouwen in de door voortuinen gekenmerkte gevelrij aan zuidzijde van de straat, waarvan de bakstenen gevels sterk aangepast zijn. Van de veelkleurige lijstgevels resten thans enkel nog de nummers 21, 27 en 29, enkel deze laatste nog met gaaf bewaard schrijnwerk. Dit representatieve voorbeeld van het vroeg-20ste-eeuwse burgerhuis is zowel in de exterieure kenmerken als in het interieur zeer gaaf bewaard gebleven.

De vandaag open en met betontegels volledig verharde voortuin, was oorspronkelijk afgesloten met metalen hekwerk. Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat de rijwoning twee bouwlagen onder een met natuurleien en pannen gedekt gemansardeerd zadeldak, waarvan de nok evenwijdig aan de straat georiënteerd is. De gevel is opgetrokken in platvol gevoegde geelgekleurde baksteen in kruisverband, verlevendigd met speklagen in een blauwe hardsteen imiterende kunststeen, bijkomend omlijst met witgekleurde baksteen. Kunststeen is ook aangewend voor de plint, de toegangstreden, de waterlijsten, de dorpels, de vensteromlijstingen, de kroonlijsten, het balkon, en de consoles. Horizontaal geleed door cordonlijsten, waarin ook de vensterdorpels opgenomen zijn, kenmerkt de lijstgevel zich door een opstand met een regelmatig schema van gevelopeningen onder lateien en steekbogen. Enkel op de begane grond is de toegang in de rechtse travee breder uitgewerkt, geflankeerd door twee identieke vensteropeningen, en alle omlijst met gebiljoende kunststeen op diamantkoppen. De nadruk ligt op de verdieping, met centraal een vensterdeur uitgevend op het balkon dat rust op voluutconsoles met onderaan een druipmotief en diamantkop, afgesloten door een balustrade met kunststenen pilasters versierd met panelen, en een borstwering van vermoedelijk gegoten balusters, ook toegepast in de borstweringen van de flankerende vensteropeningen. De openingen zijn bijkomend geaccentueerd met kroonlijsten op diamantkoppen. Elke travee is beëindigd met een door witte baksteen omlijste fries, ingevuld met fraaie geglazuurde tegels voorzien van mariene thema’s die verwijzen naar de bouwheer, en die stilistisch teruggaan tot de oprichtingsfase van het woonhuis. Het centrale paneel verbeeldt in zijaanzicht twee vissen waartussen een frontaal en in hoogreliëf gebakken vissenkop; in de zijtraveeën tonen de landschapsfriezen zeilboten. De lijstgevel is beëindigd met een eenvoudige houten en geprofileerde kroonlijst op kunststenen gecanneleerde voluutconsoles. De pseudomansarde is geopend met een centraal standvenster geflankeerd door twee kleine rechthoekige openingen. Het houten deur- en vensterschrijnwerk is gaaf bewaard. De verzorgde dubbele paneeldeur is versierd met diamantkoppen en heeft beglaasde, door kroonlijsten met rondboogfronton bekroonde deurlichten beveiligd met verzorgde smeedijzeren roosters. Het bovenlicht is ondersteund door een geprofileerde tussenregel met tandlijst. De guillotineramen op de begane grond hebben met paneelwerk versierde tussenregels, ondersteund door consoles met peerkraalmotief. De gietijzeren voetenschraper in de plint is verwijderd.

De plattegrond volgt de sinds de 19de eeuw gangbare enkelhuisindeling van het burgerhuis. Naast de inkomhal met zijdelings ingeplante trap, bevinden zich twee stijlkamers in neostijl, van elkaar gescheiden door gekoppelde en gecanneleerde rondzuilen en pilasters op hoge sokkels. Op de verdiepingen zijn telkens twee of drie kamers omheen de traphal geschikt. Het oorspronkelijke interieur met onder meer een salon in neo-Lodewijk-XVI-stijl met witmarmeren schouw, een cementtegelvloer in de inkomhal, wand- en plafondbekledingen en het schrijnwerk is op de begane grond zeer gaaf bewaard.

  • Kadasterarchief Antwerpen, Kadastrale leggers Antwerpen, afdeling XL (Merksem), artikel 1719, 4424.
  • Kadasterarchief Antwerpen, Mutatieschetsen Antwerpen, afdeling XL (Merksem), 1907/21, 1927/100.
  • VAN SEVEREN E. 2018: Terreinbezoek Oudebareellei 29 (terreinbezoek op 2 maart 2018).
  • Mondelinge informatie verkregen van Eva Van Tilburg (23 maart 2018).

Auteurs: Van Severen, Elke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Eclectisch burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304927 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.