is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve met U-vormige opstelling
Deze vaststelling is geldig sinds
Voorheen gesloten hoeve, vandaag met U-vormige opstelling rond een verhard erf met centraal de vroegere mestvaalt: het boerenburgerhuis ligt ten noorden, de schuur ten zuiden en een moderne stal ten westen. Het boerenburgerhuis en deels de schuur werden circa 1866 heropgebouwd in opdracht van landbouwer Hendrik Geenig.
Op de Villaretkaart (1745-1748) is er nog geen bebouwing waar te nemen maar op de Ferrariskaart (1771-1778) zijn er wel al enkele gebouwen aangeduid in deze omgeving. Op het primitief kadaster van 1816 is een gesloten hoeve zichtbaar. Deze werd volgens het kadaster volledig herbouwd door Hendrik Geenig, landbouwer te Hoksem. De registratie hiervan gebeurde in 1866. Maurice Dodion en Wasily Pedjko geven 1852 aan als bouwjaar. De gesloten hoeve werd ingeplant rond een vergroot rechthoekig erf. Een nieuw hoofdgebouw werd opgericht en de dwarsschuur werd mogelijk herbouwd met behoud van de buitenmuren. In 1870 is de hoeve in handen van Geens-Grootjans en vanaf 1897 van Barbara Casilda Grootjans. In 1924 gaat de hoeve over naar Victor Jockmans, het jongste kind van de meesterknecht van de hoeve. In 1943 vindt volgens het kadaster een “herbouwing” plaats van enkele gebouwen, met name een kleine aanbouw ten westen van het woonhuis en de afbraak van een aanbouw aan de achterzijde van de dwarsschuur. In het begin van de 20ste eeuw was het één van de grootste hoeves in de streek. De omliggende schuren, stallen en dienstvertrekken werden volgens Maurice Dodion en Wasily Pedjko in 1967 grotendeels afgebroken. De aanbouw ten oosten van het woonhuis en de oostvleugel werden gesloopt. De dakconstructie van de zuidelijke dwarsschuur werd toen vervangen door een lessenaarsdak. De westvleugel werd verbouwd tot een moderne stal. Van dan af kan er gesproken worden van een U-vormige hoeve.
De hoeve ligt ten zuiden van de Sint-Jansstraat, vroeger de weg van het centrum van Hoksem naar Vertrijk. Het woonhuis wordt bereikt via een begrind voetpad in de as van de voordeur. De met gras begroeide voortuin is voor de helft afgezet met betonnen, prefab hekwerk. Links ervan loopt een gekasseide weg rechtstreeks naar het erf. Ten zuiden van de hoeve stroomt een beekje dat iets meer noordelijk uitmondt in de Mene.
De hoeve bestaat uit drie vleugels in U-vormige opstelling rond een vierkante binnenkoer. Het statige boerenburgerhuis van circa 1866 bevindt zich aan de noordzijde, gericht op de straat. Aan de zuidzijde van de binnenkoer ligt een dwarsschuur, met mogelijk een eind-18de-eeuwse kern. De westelijke vleugel herbergt een moderne stal.
Het boerenburgerhuis bleef gaaf bewaard. Het betreft een dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een leien schilddak. Het werd opgetrokken in rode baksteenbouw in kruisverband. De plint is gecementeerd en beschilderd. De lijstgevels worden afgelijnd door hoekkettingen en een eenvoudige omlopende waterlijst bovenaan. Boven de waterlijst is er een eveneens omlopende rondboogfries met openingen voor het drogen van het graan. Het fries is in de voorgevel wit geschilderd, de bogen zijn zwart. Hierboven bevindt zich de houten kroonlijst.
Rechthoekige vensters en bredere deur met afgeronde bovenhoeken, die in de voorgevel een omlijsting in blauwe hardsteen kregen, en in de andere gevels een bakstenen omlijsting. De deur in de noordelijke voorgevel wordt bereikt door twee treden in blauwe hardsteen. De oorspronkelijke vleugeldeur met ijzeren traliewerk en bovenlichten bleef bewaard. In de oostelijke zijgevel zijn er drie vensters op de verdieping en één dichtgemaakt venster op het gelijkvloers, de westelijke zijgevel is blind. De achtergevel is op dezelfde wijze opgebouwd als de voorgevel, maar heeft door het hellende terrein een hogere plint met kelderdeur en een hoge steektrap die leidt naar de achterdeur. Het oorspronkelijke schrijnwerk bleef bewaard.
In het interieur bleef in de gang de zwart-wit marmeren tegelvloer bewaard alsook de monumentale houten trap. Naast de gang liggen zes woonruimten waarvan sommige nog met origineel parket en schouwen. De kelders zijn gewelfd in baksteen met ronde bakstenen pijlers. Merkwaardig is de graanzolder onder het dak die over de volledige oppervlakte van het huis loopt. Het graan kon gedroogd worden door het openen van een reeks luchtopeningen die door luiken konden worden afgesloten.
Aan de zuidzijde van de binnenkoer is de voormalige dwarsschuur bewaard gebleven. Vandaag is de schuur bedekt met een golfplaten eternit lessenaarsdak, een wijziging uit 1967. De noordgevel is tot op de hoogte van de bogen van de poorten geheel in gobertange opgetrokken. Hierboven zijn de muren afgewerkt met baksteen. Er zijn twee rondboogpoorten in een omlijsting in gobertange bewaard. Tussen de schuur en de moderne stal geeft een gelijkaardig uitgewerkte poort uit in de weide.
Auteurs: Van de Sijpe, Tom
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Hoegaarden
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoeve met U-vormige opstelling [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306931 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.