'Skindles Hotel', zie onder meer opschrift van houten bord bovenop het fronton. De benaming is ontleend aan het 'Skindles Hotel' in Maidenhead aan de Theems en staat voor een Engelse officierenclub tijdens de Eerste Wereldoorlog, gevestigd in het nu verdwenen hotel 'La Bourse du Houblon' ter hoogte van het huidige nummer 14.
Classicistisch herenhuis op de hoek bij de gekasseide, voormalige brandgang, de vroegere 'Wateringstraete', naar de tussen beide wereldoorlogen gedempte Sint-Bertinusvijver nabij de Bommelaarsbeek. Erachter, een verwaarloosde beboomde tuin met nieuwe verkoopzaal ter hoogte van het voormalige koetsgebouw; tuinmuur met korfboogpoort, uitziend op vermeld straatje. Het herenhuis, dat generaties lang bewoond werd door de invloedrijke familie van Renynghe, fungeerde vanaf circa 1919 een tijdlang als hotel, zie de behouden benaming; heden heeft het een eerder verwaarloosd uitzicht.
Dubbelhuis van zeven traveeën en twee bouwlagen onder gebogen, mank zadeldak (nokrichting parallel aan de straat, leien, Vlaamse pannen), uit het derde kwart van de 18de eeuw, echter mogelijk met een oudere kern. Naar deze laatste verwijzen de linker zijgeveltop met in- en uitgezwenkt linker gedeelte en resten van een baksteenfries met gecanneleerde, korte pilasters op klossen, onder een kroonlijstje. Gele baksteenbouw; grijsbeschilderde plint. Lijstgevel gemarkeerd door een middenrisaliet van drie traveeën onder driehoekig fronton met bas-reliëf van de jachtgodin Diana (voorheen Mariabeeld?), en geblokte, kolossale hoekpilasters onder een geprofileerde, zware kroonlijst (baksteen). In het middenrisaliet: rondbogige muuropeningen met rocaillesluitsteen (onder meer schelpmotief) en arduinen onderdorpels, op uitgewerkte consooltjes op de bovenverdieping.
Voorts, getoogde vensters in bakstenen, vlakke omlijsting met neuten, oren en rocaillesluitsteen. Behouden houtwerk: 'Franse ramen' met persiennes op de begane grond; paneeldeur versierd met rozetjes, leeuwenkop en gestileerde bloem- en bladmotieven, onder gestrekte tussendorpel op consooltjes en tweedelig bovenlicht. Vlak gehouden achtergevel: getoogde muuropeningen met gestrekte uiteinden; recentere veranda aanleunend tegen de begane grond. Linker zijgevel: geveltop (zie verder); doorgetrokken schoorsteen op natuurstenen kraagstenen (rechts vervangen door beton) onder dito latei; arduinen schamppaal op de hoek rechts.
Deels behouden interieur uit de tweede helft van de 18de eeuw, gedomineerd door Lodewijk XV- en Lodewijk XVI-stijlelementen. In de hal, houten trap met trappaal in de vorm van herm. In de twee salons, lambriseringen onder meer met spiegels, versierde stucplafonds met gouden en gele beschildering, paneeldeuren, en schoorstenen respectievelijk in Lodewijk XVI-stijl en empirestijl.
Tegen de achtergevel rechts: haaks aangebouwde vleugel met gaaf bewaarde keuken. Zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak met Vlaamse pannen, uit het laatste kwart van de 18de eeuw. Verankerde baksteenbouw, grijsbeschilderd boven gepikte plint. Gevelzijde brandgang: drie oeils-de-boeuf met ruitvormige roedeverdeling, rechts op de begane grond; erboven, twee rechthoekige kozijnvensters. Achtergevel: licht verdiepte, rechthoekige kozijnvensters; op de bovenverdieping, deurvenster met arduinen, accoladebogige onderdorpel en ijzeren, uitgewerkte leuning met festoenen en medaillon voorzien van de initialen van Benediktus F.J. van Renynghe. Rechter zijpuntgevel: rechthoekige vensters onder meer beluikt, smal kozijnvenster op de begane grond; soortgelijk oeil-de-boeuf op de zolderverdieping.
- TILLIE W. 1975: Historische gevels en gebouwen. Monumentenjaar 1975, Poperinge, 42-44.
- TILLIE W. 1987: Skindles in goede en kwade dagen, Aan de Schreve XVII.1, 3-18.