Schuin ten opzichte van de straat ingeplant, vrijstaande burgerwoning, volgens de gegevens uit het kadasterarchief gebouwd in 1906 (linkervolume) en uitgebreid in 1911 (rechtervolume) in opdracht van Adolf Vereeken-Van Kerchove. In 1921 en in 1931/1939 worden er achter de woning broeikassen en grootschalige bedrijfsgebouwen opgetrokken.
Voortuin op driehoekige plattegrond, aan de straatkant afgesloten door een laag, witgeschilderd ijzeren hek. Links van de woning, grote boom en oprit naar de achtergelegen bijgebouwen.
Woning bestaande uit een twee bouwlagen hoog enkelhuis van drie traveeën en rechts aansluitend laag dubbelhuis van drie traveeën. Verzorgde baksteenbouw op een gecementeerde plint en onder afzonderlijke zadeldaken (leien en kunstleien). Aflijnende houten kroonlijsten boven een decoratieve bakstenen daklijst. Gebruik van gesinterde baksteen voor banden ter hoogte van de onder-, boven- en tussendorpels en voor de sluit- en aanzetstenen boven de gevelopeningen. Rechthoekige vensters op de begane grond onder metalen I-lateien met rozetten. Licht getoogde bovenvensters en bewaard houtwerk.
Achtertuin met behouden een vrij korte, vierkante vrijstaande bakstenen fabrieksschoorsteen van het vroegere tuinbouwbedrijf.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)