Woning met oorspronkelijk ingebouwd magazijn, nu vermoedelijk ingepalmd als een deel van de woonruimte, en achterliggende landgebouwen, toegankelijk via een oprit rechts van de woning. Circa 1900 worden achteraan op het perceel twee broeikassen gebouwd door bloemist Edmond Verhelst. Verhelst, in 1910 in het kadaster omschreven als plantenkweker, bouwt in 1909 aan de straatzijde de woning met ingesloten magazijn. In 1932 worden door een nieuwe eigenaar, koopman Jan Verbeest, de bestaande broeikassen verbouwd en uitgebreid met een tweede volume, het schuurvolume achter de woning.
Bakstenen woning van vier traveeën en twee bouwlagen onder een half schilddak met mechanische pannen. Lijstgevel waarvan de twee centrale traveeën een licht risaliet vormen en de rechtertravee in een licht verdiepte nis zit, bovenaan afgewerkt met een baksteenfries. Horizontale accenten door de cordonlijsten en de als banden over de gevel doorgetrokken (boven-), tussen- en onderdorpels van grijze baksteen. Gezien de locatie van het magazijn bij de woning van de bloemenkweker op het kadasterplan van 1909, was de rechtertravee vermoedelijk eertijds een poorttoegang confer heden gedicht met oranje baksteen. Rechthoekige openingen onder metalen strek en ontlastingsbogen. Licht getoogde bovenvensters met centraal een beeldnis met heiligenbeeldje (niet identificeerbaar van op de openbare weg) onder een kruisje van grijze baksteen. Boven de centrale traveeën bevindt zich een smalle verdiepte nis voor naamopschrift. Verankerde bakstenen zijgevel met (hermetste) schoorsteen als topstuk. Kleine vensteropening en lange, smalle verdiepte nis voor naamopschrift.
Dwarsschuur achteraan onder oorspronkelijke bedaking, later aan weerszijden van de dubbele poort uitgebreid met kleine bergruimtes met houten beplanking. Verankerde baksteenbouw met groengeschilderd houtwerk.
Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Ruddervoorde, 1910/10, 1910/5, 1932/16.