Korte rechte weg ten noorden van en haaks op de Legeweg nabij de grens met Vivenkapelle en Moerkerke, noordoostwaarts afbuigend en met kronkelend verloop als zuidelijke afsplitsing van de Branddijk. Voorheen ook gekend als Bonemdreef of Branddijk. Deze dijk wordt vermoedelijk in het laatste kwart van de 12de eeuw als dwarsdijk aangelegd, wanneer het overstroomde land ten oosten van Damme wordt ingepolderd. De dijk wordt in oostelijke richting verlengd over het grondgebied van Moerkerke, tot de hoger gelegen zandopduiking "Den Hoorn", verder oostwaarts Damweg genoemd. Hierbij wordt de oude "Visserie" van Damme doorsneden, één der uitlopers van het Zwin en door de stad verpacht voor visvangst. Ten zuiden ervan worden de gewonnen gronden verkaveld en ontgonnen. Onder de nieuwe leengoederen ontstaat onder meer het "Hof Bonem", gesticht door de heren van Bonem en gelegen in de zogenaamd Watering van het Broek in de voormalige parochie Sint-Katharina-buiten-Damme. Na de indijking staat dit waterschap in voor de afwatering en de bouw van een sluis. Hierrond ontwikkelt zich een kleine vissersnederzetting, die later deel uitmaakt van de stad Damme. Op de plaats van de sluis wordt erna een grafelijke watermolen gebouwd, in 1267 aan de stad geschonken door gravin Margareta van Constantinopel.
"Bonem" is één van de oudste toponiemen van het Damse grondgebied. Het is eertijds een onafhankelijke heerlijkheid met eigen rechtsbevoegdheid die ressorteert onder de Burg van Brugge. In de tweede helft van de 13de eeuw eerste vermelding van ene Willem van Bonem, ridder, schepen van het Brugse Vrije en ambachtsheer van Oostkerke, als eigenaar van het landgoed Bonem. Hij schenkt in 1247 aan de stad een vrije weg, die door zijn bezittingen te Bonem loopt. De historische site is gelegen op een hoogte, voorheen gevat tussen twee uitlopers van het Zwin omgeven door moerassige weiden. Van het oorspronkelijk Hof Bonem, wellicht een soort kasteelhoeve met omgevende landerijen, getuigt nog het hoevegebouw (nummer 1) in de loop der tijd verbouwd, met onder meer nog enkele restanten van boomgaard, weilanden en voormalig krekengebied. Ook de hoeve "Bonempolder", gelegen aan de Oude Damse Weg (nummer 1) en thans gekend als het "Chartreuzenhof" was eertijds naar de site genoemd.
Langsheen de weg, verspreide hoevebouw, slechts bereikbaar via het noordelijk deel vanaf de Branddijk; het rechte zuidelijk straatdeel loopt tot aan het private domein van de hoeve Bonem en is weergegeven op de Ferrariskaart (1770-1778). Nummer 2, gerenoveerde 19de-eeuwse hoeve van het langgeveltype met onder meer twee opkamertraveeën en kleurrijk gebruik van rode baksteen voor plint, banden en strekken van het boerenhuis.
Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Hoeve Bonem
Is deel van
Damme
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Bonemstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/9212 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Damme
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.