Beschrijving

Auteurs: Van Gils, Marijn
Datum: 24-10-2022
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Resten bijgebouw klooster

Datering: nieuwe tijd, nieuwste tijd
Typologie: bijgebouwen, kelders, kloosters, muurresten, paden, vloeren, waterputten
Materiaal: aardewerk, ijzer, natuursteen
Gebeurtenis:

• Opgraving toevalsvondst Bankstraat 53
  • in-situbehoud
  • archeologische opgravingen
  • toevalsvondsten: van 23-07-2020 tot 27-07-2020
  • Bron: https://id.erfgoed.net/dossiers/5137
    Vondstmelding (20-07-2020)
  • Bron: Van Gils M. 2022: Leuven Bankstraat 53. Eindverslag van een toevalsvondst, Onderzoeksrapporten agentschap Onroerend Erfgoed 236, Brussel.
    Eindverslag (archeologieportaal) (10-2022)

Beschrijving:
Resten van de oostelijke helft van drie kamers:
- Muren: de oostelijke en zuidelijke buitenmuren van het gebouw, en twee binnenmuren. De muren zijn met baksteen en kalkmortel gemetst, met natuurstenen afboording van deuropeningen. Aan de randen van de twee deuropeningen zijn nog metalen elementen in het mestelwerk of in de stenen vervat. Op basis van historische afbeeldingen en kaarten lijken de meeste aanwezig tussen 1596 en 1786. Alleen de noordelijke binnenmuur is waarschijnlijk recenter (van 1786 à 1813 tot 1931 à 1970).
- Vloeren: De twee noordelijke kamers (beiden begraven onder de middelste kamer van het huidige pand) hadden een vloer, de ene in keramische tegels, de andere in natuurstenen tegels. In dezelfde natuurstenen tegels was de aanzet van een pad zichtbaar aan de oostzijde van het gebouw, rechtsreeks verbonden met de vloer binnen via een deuropening. Ten noorden van dat pad was een onregelmatige verharding in recuperatiematerialen (allerlei natuur- en baksteen) aanwezig. Omdat de opdeling in twee kamers niet zichtbaar is op een gedetailleerd plan van 1786, werden de vloeren waarschijnlijk pas daarna aangelegd.
- Keldergewelf: Onder de meest zuidelijke kamer bevindt zich een keldergewelf. Het is een half tongewelf, gemetst in baksteen en kalkmortel. Op het plan uit 1786 lijkt deze kelder aanwezig.
- Waterput: Tegen buitenzijde van de oostelijk buitenmuur bevond zich een ronde bakstenen waterput. Deze was afgedekt met een vierkante arduinen dekplaat, met daarin een rond gat en een rond arduinen deksel. Omdat deze waterput niet zichtbaar is op het plan van 1786, in tegenstelling tot een andere waterput op het perceel, werd deze waarschijnlijk pas daarna aangelegd.

Deze resten maakten deel uit van een bijgebouw van het Kartuizerklooster, tot dit tussen 1786 en 1813 werd verkocht. Het gebouw werd daarna waarschijnlijk gebruikt als woning van een particuliere landbouwer. Het werd tussen 1931 en 1970 afgebroken.