Beschermd monument

Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen

Beschermd monument van tot heden

ID
7394
URI
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/7394

Besluiten

Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen
definitieve beschermingsbesluiten: 06-04-2011  ID: 4811

Rechtsgevolgen

Meer informatie over de rechtsgevolgen van beschermingen vind je op onze website.

Beschrijving

De voormalige Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen is beschermd als monument.



Waarden

Voormalige Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:

historische waarde

in casu cultuurhistorische waarde: : De voormalige "Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen" bekleedt een unieke plaats in de geschiedenis van het katholiek onderwijs in Vlaanderen. Haar oprichting in 1919 is onlosmakelijk verbonden met de uitzonderlijke positie die Marie Elisabeth Belpaire (1853-1948) in de sociale, de culturele en de pedagogische geschiedenis van Vlaanderen inneemt. Door haar sociaal engagement, haar betrokkenheid bij de Vlaamse zaak, haar christelijke en feministische gedrevenheid en niet in het minst ook door haar financiële steun drukte zij op tal van initiatieven haar stempel. Belangwekkende pedagogische projecten, die door toedoen van juffrouw Belpaire tot stand kwamen waren de oprichting van meisjesscholen en studiekringen voor vrouwen zoals het Anna Bijnsinstituut (1875 en volgende), de Extention Universitaire pour femmes (1896), het Institut Belpaire (1902), de Cours supérieur (1905), de Sint-Ludgardisschool, de Vlaamse afdeling van het Belpaire-instituut (1911) en op het hoogste niveau de Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen (1919), alle in Antwerpen. In deze instelling wilde zij haar dierbaarste opvoedingsidealen voor meisjes verwezenlijkt zien: een degelijke intellectuele opleiding van de Vlaamse vrouw, sociale bewustwording en religieuze vorming. De doelstellingen van de stichters sloten aan bij wat er toen onder de progressieve katholieken leefde. Hun visie op de aard van het te geven onderwijs baseerden ze op de geschriften van John Henry Newman, die de ideale universiteit opvatte als een plaats waar gespecialiseerd wetenschappelijk onderricht samenging met een brede morele vorming tot beschaafde en sociaal bekommerde christenen. Het professorenkorps werd samengesteld uit gediplomeerde leken. De instelling had geen kapel.

historische waarde

in casu architectuurhistorische waarde: : De voor bescherming voorgestelde schoolgebouwen aan de Jozef De Bomstraat zijn een typisch product van de tweede generatie Sint-Lucasarchitecten, die de middeleeuwse, gotische bouwkunst en de eigen nationale en christelijke tradities handhaafden als onvervangbare vormelijke inspiratiebron voor de eigentijdse, vroeg 20ste-eeuwse architectuurpraktijk. Het gedachtegoed van Marie-Elisabeth Belpaire vond in deze architectuur zijn meest perfecte uitdrukkingsvorm. De gebouwen zijn opgetrokken in 1905-1906 naar ontwerp van de Ieperse stadsarchitect Jules Coomans en kaderen perfect in de daar gebruikelijke “Vieux-Neufstijl”, die zowel componenten aan de laat-gotische als aan de lokale Vlaamse renaissance ontleent. In het interieur zijn neogotische stijlkenmerken gecombineerd met zogenaamd moderne elementen, aangereikt door de arts and craftsbeweging en de art nouveau. Achter deze ogenschijnlijk traditionele architectuur gaat echter een vooruitstrevende constructie schuil met dragende bakstenen muren doch betonnen overspanningen; hier openbaart zich de ingenieur-architect en leerling van Joris Helleputte. De gefingeerde moer- en kinderbalkenconstructie maakt deel uit van zijn historiserende visie.

artistieke waarde

De uitwendige vormgeving van de schoolgebouwen van de voormalige “Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen” grijpt terug naar de (West)-Vlaamse baksteenarchitectuur, waarin regionale gotische en renaissancistische stijlkenmerken zeer coherent werden verwerkt. Zowel in de algemene gevelopbouw als in de detaillering van bouwonderdelen en decoratieve toevoegingen gaan een grondige kennis, kunstzinnigheid en creativiteit hand in hand. Dit geldt ook voor de afwerking en inrichting van de inkomhal, de aansluitende kamers, de trapzaal, de Beethovenzaal, de bibliotheek, de tekenzaal, die naast uitgesproken neogotische kenmerken ook verwijzingen naar de arts and craftsbeweging en sobere art-nouveau-invloeden vertonen. Er zijn geen namen van decorateurs bekend. De Antwerpse kunstsmid Lode Verhees vervaardigde de lichtarmaturen en de smeedijzeren Beethovenkop (1909) in het auditorium.

sociaal-culturele waarde

De voor bescherming voorgedragen gebouwen zijn opgericht als schoolgebouw en zijn tot op heden als onderwijsinstelling in gebruik. Ook wat de levensbeschouwelijke grondslag betreft is er een continuïteit van de door M.E. Belpaire opgerichte scholen - de Cours supérieur van het Institut Belpaire, waarvoor de gebouwen in oorsprong bedoeld waren, en de Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen, die er kort nadien onderdak vond - en de huidige instelling. De Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen, sedert 1969 Katholieke Vlaamse Hogeschool, werd in 2000 opgenomen in de Lessiushogeschool. Sedert 1922 en dit tot op heden geniet ze binnen de Associatie van de Katholieke Universiteit Leuven de bescherming en wetenschappelijke ondersteuning van deze universiteit.

Aanduiding van

Is de bescherming van

Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen

Jozef De Bomstraat 11 (Antwerpen)
Voormalige Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen, opgericht door Marie Elisabeth Belpaire. Complex in neogotische en neo-Vlaamserenaissance-stijl, naar ontwerp van Jules Coomans, stadsarchitect van Ieper, uit 1905-1906.


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen [online], https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/7394 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.