is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Spoorwegwerkplaats Atelier Central de Réparation
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Spoorwegwerkplaats Atelier Central de Réparation
Deze vaststelling was geldig van tot
Centrale werkplaats van de N.M.B.S., bijgenaamd "het Arsenaal". Oudste Vlaamse spoorwegwerkplaats, opgericht in 1881 en in gebruik genomen in 1884. Dit aanvankelijk zogenaamd "Atelier Central de Réparation" stond in voor de herstelling van stoomlocomotieven en goederenwagens. Sinds 1926 beheerd door de in datzelfde jaar opgerichte N.M.B.S. De huidige opdracht van de centrale werkplaats Gentbrugge bestaat voornamelijk in:
Gesitueerd op een rechthoekig terrein van ruim 12 hectare ten oosten van de ringspoorlijn Gent Sint-Pieters-Antwerpen en Eeklo ten noorden begrensd door de Brusselsesteenweg, ten oosten door de Jules de Saint Genoisstraat, ten zuiden door de Heidestraat. Beschikt over een uitgebreide spoorwegbundel die tevens voor een verbinding zorgt met de goederenstations van Merelbeke en Gent-Zeehaven.
Oorspronkelijke bouwplannen opgemaakt in 1881 door architect Stasino. Rechthoekig bakstenen bureelgebouw (tegenover de toegang) van één verdieping en twaalf traveeën lang, onder zadeldak (kunstleien, nok loodrecht op de straat) aanleunend bij de neotraditionele bouwstijl. Op voor- en achtertrapgevel tweemaal gedateerd 1881 door middel van klimmende muurankers. Oorspronkelijk dezelfde voor- en achtergevel van drie traveeën met dubbelhuisopstand. Begrenzende hoeklisenen lopen getrapt op in de geveltop. Verwerking van arduin voor de omlopende plint, de doorgetrokken vensterlekdrempels, de hoekstenen, de schouderstukken en dekplaten van de geveltoptreden. Steekboogvormige muuropeningen met bewaarde houten raamverdelingen. Twee lisenen groeperen de vensters der lijstgevels telkens per vier. Trapgevels met gekoppelde zoldervensters, gewijzigd in de achtergevel en onder een laadhaak met zadelkapje. Het topstuk van de achtergevel vertoont nog zijn smeedijzeren bekroning.
De eigenlijke werkplaatsgebouwen werden oorspronkelijk volgens eenzelfde bouwconcept opgetrokken. Het gaat om verscheidene rechthoekige bakstenen gebouwen van één verdieping en van verschillende afmetingen, onder raekem- en/of zadeldaken, heden met pannen of golfplaten. Volgens de oorspronkelijke bouwplannen waren Polonceauspanten voorzien; voor grote ruimten werd de dakconstructie tevens gedragen door I-liggers op gietijzeren kolommen. Sommige dakconstructies werden echter reeds compleet vernieuwd (bijvoorbeeld in de eerste afdeling). Lijstgevels met regelmatige travee-indeling op sokkel van ruw gekapte arduinen steenblokken in regelmatig verband. Brede markerende hoeklisenen met rechthoekig spaarveld. Toepassing van hoek- en middenrisalieten tussen lisenen en onder gedrukte tuitgeveltop met ingeschreven rondboogvormig spaarveld. Ruime rondboogpoorten en ook industriele rondboogvensters met ijzeren roedeverdeling, ingeschreven in rondboogvormige spaarvelden; booglijsten op doorgetrokken arduinen imposten. Gevelaflijning door houten gootlijst, al dan niet op consoles, of door een brede blinde bakstenen attiek met arduinen cordons, waarachter de dakconstructie dikwijls schuilgaat.
Deze opgesomde bouwkarakteristieken bleven in meer of mindere mate behouden voor:
De bouwtrant van het later toegevoegde oliemagazijn (circa 1900?) gelegen aan de westkant, parallel met de Oefenpleinstraat, wijkt enigszins af van de voorgaande gebouwen. Twaalf traveeën lang, rechthoekig bakstenen gebouw, onder zadeldak (leien). Verankerde lijstgevels geritmeerd door pseudo-pilasters, op sokkel belijnd door twee arduinen platte banden. Getraliede, getoogde vensters van een haast vierkant formaat met arduinen lekdrempels. Voorpuntgevel met muuropeningen ingeschreven in drie steekboogvormige spaarvelden. Dakconstructie met ijzeren kapbenen en Polonceauspanten; keldertrap met authentieke ijzeren leuning.
Naast het uitgebreid spoornet ter plaatse voor het aanvoeren van wagens en materialen, behoort het volgende eveneens tot de bijzondere technische uitrusting van de centrale werkplaats:
De overige gebouwen zijn ofwel grondig aangepast (de prototypedienst) of werden door nieuwe gebouwen vervangen (onder meer de houtloods, de schilderswerf, de schrijnwerkerij). Totaal verdwenen gebouwen: de monumentale toegangspoort van de centrale werkplaats met bijhorende conciërgewoning en refter, het oude stationsgebouw van het gesupprimeerde station Gentbrugge-Zuid, de latere voetgangerspasserelle over de spoorweg aan de steenweg.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Fusiegemeenten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nd, Brussel - Gent.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
De aanname in de inventaristekst van 1983 dat deze spoorwegwerkplaats de oudste in Vlaanderen is, klopt niet. Er zijn immers oudere spoorwegwerkplaatsen in Mechelen (1836) en Leuven (1863).
Is deel van
Brusselsesteenweg (Gentbrugge)
Is gerelateerd aan
Schuilkelders op de Arsenaalsite
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Spoorwegwerkplaats Atelier Central de Réparation [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/26447 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.