Symmetrisch ensemble van zes burgerhuizen, ontworpen in 1898 door bouwmeester Jan Kockerols, voor de Naamlooze Maatschappij voor het Bouwen van Burgershuizen in het Oostkwartier.
Deze bouwmaatschappij was opgericht in 1886 voor de ontwikkeling van de wijk Zurenborg. Ze realiseerde voor eigen rekening tientallen huizenreeksen in de wijk, in samenwerking met verschillende architecten. Hun realisaties zijn verscheiden in omvang, typologie van de woningen en bouwstijl, maar bestaan in het Antwerpse deel van Zurenborg quasi allemaal uit bescheiden huizenrijen in een combinatie van neoclassicisme en neo-Vlaamserenaissance-stijl. De maatschappij werkte samen met verschillende architecten, onder meer met Jan Kockerols voor dit ensemble in de Dolfijnstraat. Andere samenwerkingen van de maatschappij met deze architect vinden we in de Pretoriastraat en in de Waterloostraat.
Het ensemble sluit perfect aan bij de basisbebouwing van de Dolfijnstraat, die in hoofdzaak bestaat uit een homogene groep burgerhuizen van een tweetal bouwlagen met afwisselende neoclassicistische en neo-Vlaamserenaissance-gevels, het handelsmerk van de Naamlooze Maatschappij voor het bouwen van Burgershuizen. De huizen in dit ensemble van Kockerols bestaan uit twee traveeën en twee en een halve bouwlaag onder zadeldaken. Vier witte bepleisterde neoclassicistische lijstgevels flankeren twee per twee een neo-Vlaamserenaissance-topgevel met een rood bakstenen parement. Allemaal hebben ze blauwe hardstenen plinten, kordonlijsten en doorlopende onderdorpels en rechthoekige muuropeningen die met rondbogige worden afgewisseld.
De rij is symmetrisch opgebouwd, met woningen die twee per twee identiek en gespiegeld zijn. De twee topgevels (86 en 92) hebben een rood bakstenen parement met natuurstenen speklagen en decoraties. Een veelkleurige baksteenfries lijnt de begane grond af. De huizen hebben een opvallende voordeur met neorenaissance, natuurstenen omlijsting van het rondbogig bovenlicht. Het bewaarde houtwerk is neorenaissancistisch, met lange diamantkopmotieven. De vensters zijn rechthoekig, op de verdieping met boogvelden die in een spitbogige waterlijst zijn gevat. Neorenaissancegeveltoppen met dakvenster onder gebogen fronton, noppen, diamantkoppen en overhoekse pilasters in de top. Bij 92 is deze geveltop slechts ten dele bewaard. Schrijnwerk van 92 is bewaard; bij 86 enkel de ramen, hoewel bij die gevel de rest van de afwerking zeer gaaf bewaard is.
De neoclassicistische nummers 84 en 94 zijn eveneens elkaars identieke spiegelbeeld. Eenvoudige begane grond met imitatievoegen. Nadruk op de verdiepingen met kolossale pilasters, grote rondboogvensters op de eerste verdieping met balustrades in de borstweringen, fries met fijne ranken, lage bovenvensters geflankeerd door halfzuiltjes. Schrijnwerk grotendeels vervangen.
Ook de centrale huizen (88 en 90) vormen een paar; bij 88 is de begane grond verbouwd. De gevels kregen dezelfde opbouw als de nummers 84 en 94, maar met een andere bel-etage. Hier is deze verdieping benadrukt door twee gekoppelde rechthoekige vensters met tussenzuil, balustrades, fijn versierde boogvelden onder entablement en één centraal bekronend fronton. Schrijnwerk vervangen.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 956 # 1312.