Pastorie met poortgebouw en binnenplaats, relict van een gesloten complex van 1636, beboomd oprijlaantje en achtertuin, oorspronkelijk met padenkruis.
De pastorie van Sint-Pieters-Vissenaken wordt als een gesloten hoeve voor het eerst afgebeeld in 1657, op een figuratieve kaart van landmeter Joris Subil in het kaartboek van de abdij van Tongerlo. Deze abdij bezat ie er sinds de 13de eeuw diverse laathoven (onder meer Gunningen*) en oefende ook het patronaat uit over de twee kerken – in feite 'halfkerken', met een pastoor voor de Sint-Martenskerk en een kapelaan voor Sint-Pieter. Het gesloten hoevekarakter van de pastorie van Sint-Pieter, uitzonderlijk voor pastorieën, houdt wellicht verband met het ontstaan van de parochie, rond de 'eigenkerk' van een Gallo-Romeinse villa. In 1910 werden de zijvleugels en het grootste gedeelte van de poortvleugel afgebroken; alleen de poorttoren met zandstenen rondbooginrijpoort en de woonvleugel bleven bewaard. De pastorie werd gebouwd als dubbelhuis in traditionele bak- en zandsteenstijl met een gevelbreedte van zeven traveeën en telt twee bouwlagen onder een zadeldak met dakkapel ter hoogte van de middentravee. De zijgevels zijn voorzien van schouderstukken. Het bouwjaar '1936' werd aangeduid in het metselwerk. De dubbele ontlastingsboogjes boven de vensters van de verdieping verwijzen naar de oorspronkelijke kruiskozijnen. De geprofileerde steekboogdeur met tussendorpel en sluitsteen in Lodewijk XV-stijl werd vermoedelijk in het midden van de 18de eeuw aangebracht.
Op de Primitieve kadasterkaart, opgemaakt in 1824, staan twee tuinpercelen afgebeeld: het bijna driehoekige perceel tussen de straat en de poort (5 are 70 centiare) en het vierkante perceel achter de pastorie (26 are 60 centiare), door landmeter Bastendorff weergegeven met het traditionele padenkruis eigen aan pastorietuinen. De voormalige achtertuin wordt nu gedeeltelijk als parkeerterrein gebruikt en is gedeeltelijk met laagstamfruit beplant. Het laantje tussen de straat en de poort wordt afgezoomd door bomen – twee paardenkastanjes (Aesculus hippocastanum) bij de straat, vier lindebomen (Tilia cordata, T. x europaea) naar de poort toe. Deze bomen werden vermoedelijk na de Eerste Wereldoorlog aangeplant. Tijdens een storm in juli 2001 kwamen de twee laatste linden op de poorttoren terecht. Beide bomen hadden vermolmde stamvoeten, vermoedelijk door graafwerken uitgevoerd in 1967, toen de oprijlaan van boordstenen werd voorzien... De tuinbouw (voornamelijk bloemen) is momenteel beperkt tot de voormalige binnenplaats.
- Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale opmetingsschets Vissenaken 1911 nr. 18.
- Bouwen door de Eeuwen heen. Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen – arrondissement Leuven, Brussel, Ministerie van Nederlandse Cultuur, 1971, p. 411.
- GORIS J.-M., Een kaartboek van de Abdij Tongerlo, 1655-1794, Brussel, Algemeen Rijksarchief, 2001, p. 221.
- MERTENS J., Archeologie en geschiedenis – Enkele resultaten van het oudheidkundig onderzoek in Noord-Oost-Brabant, in Mededelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring voor Leuven en omgeving 2(3), 1962, p. 119 en 122.
- WAUTERS A., Géographie et histoire des communes belges. Arrondissement de Louvain – canton de Glabbeek, Bruxelles, Culture et Civilisation, facsimile van editie 1882, 1963, p. 110-119.
Deze tekst is een samenvoeging van de teksten:
- GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
- DENEEF, R., 2008. Historische tuinen en parken van Vlaanderen - Zuidoostelijk Brabant - Haspengouw: Geetbets, Hoegaarden, Kortenaken, Landen, Linter, Tienen, Zoutleeuw, Brussel: Vlaamse Overheid. Onroerend Erfgoed.