is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Herenhoeve
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Herenhoeve
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Herenhoeve
Deze vaststelling was geldig van tot
Herenhoeve met ommuurde tuin, naar verluidt eertijds onder meer gekend als het Hof ter Beecken, Hof Rubbens, Paepekeshof, Rattenkasteel.
Volgens kaart- en kadastergegevens gaat de herenwoning terug op een minstens tot de 18de eeuw opklimmende oudere landbouwuitbating. Wellicht behoorde dit goed eertijds tot de familie Ringoot. Via huwelijk behoorde dit goed in 1772-1783 met "huysinge en andere edificien" toe aan de erfgenamen Joos Rubbens. Het van de straat verwijderde hoofdgebouw had een rechthoekige vorm met een uitbouw aan de achterkant én L-vormige bedrijfsgebouwen palend aan de straat. Volgens het kadasterarchief bleven de configuratie en volumes behouden tot het laatste kwart van de 19de eeuw (circa 1885). Wellicht moet dit jaar als een "terminus ante quem" beschouwd worden. Het groot aantal mutaties dat in 1885 te Grembergen genoteerd werd, duidt mogelijk op een grootschalige hermetingsactie die dat jaar werd uitgevoerd waarbij oudere verbouwingen kadastraal genoteerd werden. Bij deze verbouwing die op stilistische basis vroeger te dateren is, werd het hoofdgebouw vergroot tot een rechthoekig gebouw en de L-vormige bedrijfsgebouwen aan de straat gewijzigd tot U-vormige. De schuur met doorrit en wagenhuis ten zuidwesten van het hoofdgebouw bleven behouden. De aan de straat palende stallen werden, met uitzondering van de stootpalen, in de loop van de 20ste eeuw afgebroken waardoor het uitzicht en de configuratie van het complex wijzigde.
De van de straat verwijderde voormalige herenhoeve heeft nu het uitzicht van een herenwoning met dubbelhuisindeling. De woning werd in 1885 kadastraal genoteerd ter vervanging van een ouder en kleiner gebouw met dezelfde oriëntatie. Enkel de tongewelfde kelders met rode tegelvloer bleven bewaard en illustreren het vroegere kleinere volume. Mogelijk werd de vroegere opkamer en kelderkeuken bij deze 'nieuwbouw', die op basis van de stijlkenmerken uit de eerste helft van de 19de eeuw dateert, geïntegreerd.
Het volledig onderkelderde herenhuis telt één bouwlaag en vijf traveeën onder een zadeldak in neoclassicistische stijl. De sobere bepleisterde voorgevel op blauw hardstenen plint wordt geritmeerd door pilasters op de hoeken en de benadrukte deurtravee onder een aflijnende kroonlijst met tandlijstje. Centraal bevindt zich een rondboogvormige voordeur met boogvormig bovenlicht voorzien van een oorspronkelijke bloemvormige waaier met gekleurd glas. Het houtwerk werd gelijktijdig met de luiken van de rechthoekige vensters in de tweede helft van de 20ste eeuw vernieuwd.
De beschilderde bakstenen achtergevel is eveneens geritmeerd door hoekpilasters en een benadrukte deurtravee met centraal een rondboogvormige deur met waaiervormig bovenlicht. De vensteropeningen van de opkamer en de kelder werden gewijzigd.
In de beraapte zijgevels werden twee kleine en een groot rondboogvormig trapvenster met gekleurd glas in de noordoostgevel én twee kleine rondboogvensters in de zuidwestgevel aangebracht.
Interieur. De herenhoeve werd als een dubbelhuis opgevat met een centrale hal op de verhoogde begane grond waar de salons, keuken en traphal met toegang tot de kelderkeuken en kelders op uitgeven. De 19de-eeuwse aankleding bleef grotendeels behouden. In de centrale hal treft men een tegelvloer in geometrisch patroon aan. De salons en keuken zijn voorzien van een verzorgde schouwmantel met voluten in rood, bruin of zwarte marmer waarvan de marmersoort telkens in de venstertabletten werd hernomen. De gestucte zoldering met rozetten evenals het fraaie schrijnwerk met uitgewerkt beslag bleven bewaard. Voorts treft men de oorspronkelijke rode tegels en ingemaakte kast in de keuken én de rondboogvormige bovenlichten in de traphal aan. De linkerdeur geeft toegang tot de kelderkeuken met Vlaamse schouw die versierd werd met oorspronkelijke of hergebruikte paarse tegels met waterlandschapjes die mogelijk tot de 18de eeuw opklimmen.
De aanpalende wenteltrap heeft een rest van een ijzeren hekken ter hoogte van de opkamer en wordt verlicht door een groot rondboogvormig trapvenster. De kamers op de bovenverdieping werden ingemaakt in het dakgebint en komen uit op een gang die haaks ten opzichte van de centrale hal staat. Het schrijnwerk bleef behouden alsook een opvallende alkoof in een kleine slaapkamer.
Een gedeelte van de voormalige bedrijfsgebouwen, volgens kadastergegevens gelijktijdig gebouwd met de realisatie van de herenhoeve, bleven behouden.
Een grote langsschuur met doorrit in baksteenbouw onder een pannen zadeldak paalt aan en is loodrecht ten opzichte van de straat georiënteerd. Aan de oostgevel ziet men een rest van het gebint van de verdwenen aangebouwde stallen. Aan de straatzijde bleven de poort, stootpalen en rondboogvormig venster behouden.
Achter de langsschuur (noorden) bevindt zich het lager en smaller wagenhuis met twee steekboogvormige poorten, waarvan een poort nagemaakt werd naar oorspronkelijk model. De vensteropeningen in de achtergevel werden gedicht. Onder de belendende voormalige stallen zit naar verluidt nog een beerput. Een klein uitbouwtje deed dienst als toilet.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Vijfbunderstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Herenhoeve [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/48984 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.